Zó kun je er in deze tijd voor iemand zijn
4 december 2020 · 07:30
Update: 15 november 2024 · 10:15
Ruim 30 jaar werkt Cornel Vader inmiddels voor het Leger des Heils. De organisatie zit in zijn bloed; ook zijn ouders en grootouders waren er volop actief. Deze week nam hij afscheid als bestuursvoorzitter. ‘Visie’ vroeg hem hoe je er in deze donkere dagen voor Kerst voor anderen kunt zijn.
Zo nu en dan gaat Vader voor in een Leger des Heilsdienst. Op de vraag waar hij zondag zou mogen voorgaan, antwoordt hij zonder aarzeling: “Over het thema ‘Ik heb geen mens’, uit Johannes 5. Helaas is dat in de nieuwe vertaling verdwenen, maar in oudere vertalingen staat het nog. Er komt natuurlijk wel wat achteraan: ‘… die mij naar dat badwater kan brengen.’ Maar dat ‘ik heb geen mens’ kom ik te vaak tegen. Terwijl het zoiets existentieels is. Zelfs de staatssecretaris van VWS zegt: ‘Het gaat niet alleen om een plek, er moet iemand zijn.’”
Hoe kan ik er in deze tijd, richting Kerst, voor iemand zijn?
“Door te luisteren, wat meer tijd te nemen en je oordeel op te schorten. Alleen al het feit dat je de tijd neemt voor die ander, opent vaak al deuren. Dus heb belangstelling voor een laagje dieper, zonder meteen te zeggen hoe jij het allemaal ziet en vindt, of hoe het hoort.”
Sommige mensen sluiten zich zo af, dat je niet eens bij hen binnenkomt…
“Mensen die zorg mijden, houden inderdaad de deur dicht, maken de post niet meer open en hebben totaal geen behoefte aan wie dan ook. ‘Laat mij maar,’ zeggen ze vaak. De kunst is dan iets te verzinnen waardoor die deur toch opengaat. Een bosje bloemen, een kaartje. Je kunt ook door de brievenbus communiceren. Dat heb ik zelf vaak gedaan. Dan gaat er meer open dan een deur; dan gaat er een hart open. Dat is het beste wat je kunt hebben.”
Bestuursvoorzitter Cornel Vader geridderd bij afscheid Leger des Heils
Op 1 januari 2021 treedt Cornel Vader terug als bestuursvoorzitter. Vader wordt opgevolgd door kapitein Harm Slomp.
U neemt na twee termijnen afscheid als bestuursvoorzitter. Hoe kijkt u terug?
“In Matteüs 26 zegt Jezus: ‘De armen heb je altijd bij je.’ In mijn tijd als bestuursvoorzitter, maar eigenlijk in al die 32 jaar, heb ik gemerkt hoe ontzettend waar dat is. Hóé de samenleving zich ook organiseert en wat er ook gebeurt om mensen die weinig kansen hebben toch iets meer perspectief te gunnen, steeds weer zijn er nieuwe groepen die het níét redden, die wéér buiten de boot vallen. Dat vind ik verontrustend en maakt me soms verdrietig.”
Je zou er moedeloos van worden…
“Dat ligt niet in mijn aard. En zéker niet in de aard van de organisatie. Je denkt het hooguit even, maar dan staat ons meteen iets te doen. Dan gaan we op zoek naar manieren om die armoede, die ellende toch te doorbreken met nieuwe producten en nieuwe vormen. En als dat dan weer lukt, ben ik daar ontzettend blij mee.”
Bidt u voor de mensen die u in uw werk ontmoet?
“Jazeker. Ze zijn heel vaak in mijn gedachten. Het helpt mij om me te concentreren, er niet aan voorbij te gaan. Want ook wij zijn gewoon een professionele organisatie, met alle regels, kwaliteitseisen en productiecijfers die daarbij horen. Dus het risico is groot de individuele mens daarbij uit het oog te verliezen. Tegelijkertijd zeg ik: voor een pindakaasfabriek zou ik niet kunnen werken. Net zomin als voor een commerciële of financiële dienstverlener. Ik wil er zíjn voor mensen. Hoe broos en kwetsbaar dat misschien ook is.”
Beeld: Eljee