Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Vivien Waszink over 'Dat mag je óók (al niet meer) zeggen'

Taalkundige schrijft boek over inclusief woordgebruik

Deel:

Tegenwoordig moet ons taalgebruik altijd maar zo woke en inclusief mogelijk zijn. Zelfs ‘dames en heren’ kan (bijna) niet meer. Geen reden tot paniek, vindt taalkundige Vivien Waszink. In haar nieuwe boek Dat mag je óók (al niet meer) zeggen wil ze haar lezers geruststellen, maar ook uitdagen om oog voor de ander te hebben.

“We leven in een tijd waarin taal onder een vergrootglas ligt door de aandacht voor diversiteit. Daardoor verandert de taal, maar veel mensen vinden nieuwe woorden nu eenmaal ‘eng’," beseft taalkundige Vivien Waszink. "Ik laat in mijn boek zien dat het wel meevalt wat er van hen gevraagd wordt. De taal verandert heel geleidelijk. Daarnaast kan het best goed zijn om iets meer rekening te houden met mensen die niet precies hetzelfde zijn als jij bent.”

Snap je de weerstand tegen het ‘beste reizigers’ bij de NS?
“Ja, heel goed! ‘Dames en heren’ heeft immers vele jaren geklonken op NS-stations, dus waarom moest dit opeens veranderen? Maar kijk eens naar al die verschillende mensen met wie je in de trein zit. Is het zo belangrijk wie zich man, vrouw of iets anders voelt? Het gaat er toch om dat je allemaal op dat moment aan het reizen bent? Bekijk onze taal dan ook eens vanuit een ander perspectief.”

Wie is Vivien Waszink?

• 45 jaar
• Studeerde Nederlands in Leiden (eindscriptie over het woord ‘leuk’)
• Werkt als taalkundige en lexicograaf bij het Instituut voor de Nederlandse Taal (INT)
• Auteur van Woord! De taal van nederhop en Klerenwoorden & Modetaal
• Op 4 juni wordt Dat mag je óók (al niet meer) zeggen gepresenteerd op de Algemene Ledenvergadering van het Genootschap Onze Taal

Heb je zelf taalergernissen?
“Ik heb de ‘pech’ dat ik als taalkundige nauwelijks normaal naar taal kan kijken. Fouten als ‘hun hebben’ vind ik vooral interessant. Maar gewoon als Vivien kan ik me soms storen aan verkleinwoorden: ‘Even een wijntje drinken met de collegaatjes…’”

Welk moment in je leven wil je opnieuw beleven?
“Dat is niet zozeer een moment, maar een periode: mijn middelbareschooltijd. Hoe zou ik me gedragen en voelen zonder de onzekerheden die ik als tiener had? Ook is er op scholen denk ik wel wat meer tolerantie tegenover mensen die door anderen vaak als ‘anders’ worden gezien. Dat zou ik ook willen meemaken.”

Wat is je favoriete Bijbelverhaal?
“Toen ik Nederlands ging studeren, kreeg ik het vak ‘Basisapparaat’, waarbij ik me verdiepte in allerlei zaken die belangrijk zijn om in de literatuur verwijzingen naar de Bijbel, vaderlandse geschiedenis of mythologische verhalen te herkennen. Ik vond de Bijbel zo intrigerend, dat ik hem helemaal heb gelezen. Een mooie, verrijkende ervaring, al heb ik niet echt een favoriet verhaal.”

Wie we ook zijn, we maken deze reis samen

Denk je weleens aan de dood?
“Soms wel, zeker nu ik iets ouder word," antwoordt Vivien Waszink. "Mijn eigen ouders en die van vrienden worden kwetsbaarder. Daarnaast heb ik al meegemaakt dat mensen van mijn leeftijd – of zelfs jonger – plotseling wegvielen. Dat zet me wel aan het denken over de vraag wat ik echt belangrijk vind in het leven. Van een leven hierna heb ik geen beeld, wel het gevoel dat mijn gedachten in een of andere vorm voortleven.”

Wat is het beste boek ooit geschreven?
“De romanserie Het Bureau, een werk van duizenden pagina’s. Veel mensen vinden het saai, maar J.J. Voskuil beschrijft hierin zo prachtig hoe de hoofdpersoon vele jaren op een wetenschappelijk instituut werkt. Ondertussen maken we mee hoe hij worstelt met het bestaan en met relaties. Het gaat niet over grootse dingen; ik bewonder in een boek vooral de stijl.”

'Dat mag je óók (al niet meer) zeggen'

In haar nieuwe boek Dat mag je óók (al niet meer) zeggen inventariseert taalkundige Vivien Waszink wat er allemaal gebeurt op het gebied van schurende taal, genderinclusief woordgebruik en het weergeven van diversiteit. Welke gevoeligheden zijn er, en hoe gaan we daarmee om? Kun je de samenleving sturen door de taal te veranderen? 

Geschreven door

Bart van Delen

--:--