Navigatie overslaan
Sluit je aan

Gratis inloggen

Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

In 2021 overleefde Vina de zelfmoordaanslag op een katholieke kerk in Makassar, een grote stad in Indonesië.
© Nathalie van der Straten

Vina (24) overleefde de zelf­moord­aan­slag op een kerk in Indonesië

vandaag · 09:15

Update: vandaag · 09:15

Zoals een boom zich niet kan ontdoen van zijn jaarringen, zo zal de Indonesische Vina (24) levenslang haar littekens met zich moeten meedragen. Toen ze na een dienst op Palmzondag in 2021 de katholieke kerk in de stad Makassar verliet, blies een islamitische zelfmoordterrorist zichzelf op. “Pal naast me.”

Als je Vina ontmoet, wordt je blik onwillekeurig naar de onderkant van haar gezicht getrokken: die is zichtbaar gehavend. Datzelfde geldt voor haar handen. En voor haar armen. Op en onder haar huid richtte een zelfmoordexplosie op 28 maart 2021 een ware ravage aan. Slechts een deel ervan kun je zien. Lange, soepele kleding bedekt de rest: van haar lichaam is maar liefst negentig procent verbrand. Maar haar donkere ogen stralen, desondanks.

Pijn en trauma’s

Vina (een schuilnaam, om veiligheidsredenen) verbleef afgelopen najaar kort in ons land. Zij was een van de vier sprekers vanuit de vervolgde kerk tijdens de Open Doors-dag in Barneveld.

Kort daarvoor ontmoeten we elkaar op het kantoor van Open Doors in Ermelo. Ze praat openlijk over de pijn en de trauma’s waarmee ze in haar jonge leven is geconfronteerd. En ze getuigt blijmoedig van haar ongeschonden geloof in God.

Een gelukkige jeugd

“Ik had een gelukkige jeugd”, vertelt ze. “Christenen vormen een kleine minderheid in het deel van de Molukken waar ik opgroeide. Toch heb ik me daar nooit onveilig gevoeld. Ik ging naar christelijke scholen, en had ook islamitische vrienden. Waar ik opgroeide, heb ik nooit te maken gehad met discriminatie, bedreigingen of vervolging. Ook onze moslimburen waren altijd aardig voor ons.”

Voor je studie verpleegkunde verhuisde je na de middelbare school naar een grote stad, Makassar in de provincie Zuid-Celebes. Hoe was de sfeer daar?

Met een zucht: “Totaal anders! Het is maar zo’n twee uur vliegen van waar ik woonde, maar ik merkte het al snel. Tolerantie was daar heel ver te zoeken. Dat scherpe contrast met wat ik van jongs af aan gewend was, verraste me nogal. Ook op school. Islamitische medestudenten bestookten me met allerlei vragen over het geloof. Niet vanuit oprechte belangstelling, of met goede bedoelingen. Ze wilden me overhalen moslim te worden. Deze medestudenten waren heel fanatiek als het om de islam ging. En zij bleken helaas niet de enigen in Makassar voor wie dit gold...”

Nooit vergeten

Ze vervolgt: “Mijn moeder zei in mijn jeugd heel vaak: ‘Het allerbelangrijkste in je leven is jouw geloof in God. Laat het nooit los, wat er ook gebeurt. Dit aardse leven is maar tijdelijk; het leven met God is eeuwig. Keuzes die je maakt, hebben consequenties.’ Die les ben ik nooit vergeten, en ik denk er nog vaak aan terug.”

Taxi kwam niet

Palmzondag 2021: die dag staat voorgoed in haar geheugen gekerfd. Samen met twee vriendinnen bezocht de 21-jarige Vina een samenkomst in de grote katholieke kerk van Makassar, in de aanloop naar het paasfeest.

Toen ze na afloop naar buiten wandelden, bleef Vina even stilstaan in de schaduw van de kerk, met haar gezicht naar de straat. Ze pakte haar telefoon om een taxi te reserveren.

Ik voelde me… gegrild, geroosterd

Maar de taxi kwam niet. In plaats daarvan loeide een ambulance door de straat. Vina hoorde het nauwelijks. Ze lag op de grond. Zwaargewond. “Het enige waar ik me heel scherp van bewust was: een enorme hitte, over mijn hele lichaam, van mijn haar – dat in brand stond – tot mijn voeten. Ik voelde me gegrild… geroosterd.”

Vól geraakt

Vanaf een motor had een islamitische zelfmoordterrorist zichzelf rond 10.10 uur naast de hoofdingang van de kerk opgeblazen. Ook zijn vrouw, die achter hem op het zadel zat, kwam om het leven door de krachtige explosie. Zij waren de enige dodelijke slachtoffers.

Vina, die er vlakbij stond, werd vól geraakt door het verzengende vuur en rondvliegende stukken gloeiend heet metaal. Dat ze het überhaupt overleefde, mag een wonder heten.

Geen beveiliging

Het wrange? Deze grote kerk in Makassar wordt normaliter beveiligd, maar juist die dag was er geen beveiliging aanwezig. “Waarom weet ik niet. Maar ik had het al wel gemerkt.

Als God me vandaag naar Huis roept, ben ik er klaar voor

Dus toen ik bijkwam na de explosie, en zag dat er geen brand was, realiseerde ik me direct dat het een aanslag op onze kerk moest zijn geweest.”

Was je, gezien de gruwelijke pijn en de zware verwondingen die je had opgelopen, bang om te sterven?

Direct: “Nee. Ik lag op de grond en dacht: als God me vandaag naar Huis roept, ben ik daar klaar voor. En als Hij me laat leven, is dat een wonder. Ik ben meteen meegenomen naar de intensive care.”

Ze legt een hand op haar borst (één vinger staat krom: een pees is aangetast door het vuur). “Hier was een stuk metaal van vijf centimeter in mijn lichaam gedrongen. Dat moest snel verwijderd worden. Een ander stuk, van drie centimeter, zat diep in mijn dij. En uiteraard ben ik ook vele malen behandeld aan mijn zware brandwonden, wat bijzonder pijnlijk was. In één maand onderging ik vier operaties, onder andere aan mijn gezicht.”

Hoorde je in het ziekenhuis dat het inderdaad om een zelfmoordaanslag ging?

“Ja, een verpleegkundige bevestigde mijn vermoeden. Een jong, islamitisch echtpaar had zichzelf opgeblazen. Ze bleken verbonden te zijn aan een islamitische terreurorganisatie.

Waarom vallen ze een kérk aan? Wij zijn onschuldig!

Ik dacht: waarom vallen ze een kérk aan? We hebben niets gedaan wat zo veel haat kan veroorzaken. Wij zijn onschuldig!”

Hoe ver stond je van hen af?

“Dat heb ik me naderhand ook afgevraagd. Toen ik – pas veel later – voor het eerst terugging naar de kerk, heb ik het berekend. Het zal ongeveer anderhalve meter zijn geweest. Heel dichtbij, dus. Maar omdat ik op mijn telefoon keek, heb ik ze niet gezien. Het is een drukke straat: twee mensen op een motor valt niet op.”

Was het confronterend om jezelf voor het eerst na de aanslag weer in de spiegel te zien?

Vina knikt. “Nogal, ja. Toen ik mijn gezicht en mijn handen bekeek, voelde ik me zó wanhopig en verdrietig. Vooral vanwege mijn gezicht.”

‘Nooit last van acne gehad’

Met een aarzelend glimlachje: “Ik had zelfs nooit last van acne gehad… Elke dag moest ik huilen vanwege mijn gehavende huid. Vooral als ik dacht aan hoe anders het vroeger was, of als ik andere jonge mensen zag zonder brandwonden. Maar het is gebeurd, en ik moest ermee leren leven. Plastische chirurgie kan niet alles verhelpen. Wat ik trouwens ook heel confronterend vond, was dat mijn haar helemaal weggebrand was. Als ik in de spiegel keek, was het net of ik naar een kale, vreemde man keek. Gelukkig kwam mijn haar weer terug.”

Haar leven lang zal Vina (spreker op de Open Doors-dag van 2024) de littekens meedragen van de zelfmoordaanslag op een kerk in Makassar, Indonesië. Na een dienst op Palmzondag 2021 blies een islamitische zelfmoordterrorist blies zichzelf op, pal naast haar.
© Nathalie van der Straten

Heb je nog steeds pijn?

“Ja, vrijwel elke dag. Ik heb last van keloïd littekens. Dat zijn goedaardige gezwellen, rondom de plek van de wonden. Die kunnen veel pijn en jeuk veroorzaken. Dat kan plotseling opspelen.”

Zware pijnstillers

Vina wijst naar een pimpelpaarse plek op haar linkerhand. “Dit is zo’n keloïd litteken. Ik heb er meer. Net na het ongeluk kreeg ik zo’n dertig verschillende medicijnen per dag, waaronder zware pijnstillers. Later is dat afgebouwd. Ik heb ervoor gekozen geen pijnstillers meer te slikken.”

Waarom niet?

Ze haalt haar frêle schouders op. “Ik wil niet verslaafd raken aan pijnstillers en heb geleerd hoe ik de pijn via mijn ademhaling kan onderdrukken. Ik houd het gewoon vol tot de pijn weg is.”

‘Misschien een test’

“Ik weet dat wat mij is overkomen, geen straf van God is”, zegt ze even later nadrukkelijk. “Misschien een test? Dat weet ik niet. Hoe dan ook: elke dag opnieuw voel ik dat Hij bij me is. Hij heeft grote dingen in mijn leven gedaan. Pas vroeg een moslima mij of ik me niet tot de islam wilde bekeren.

Ik kan de God die mij heeft gered niet verloochenen

Ik heb zo vriendelijk mogelijk geantwoord: ‘Ik kan de God die mij heeft gered niet verloochenen.’ Vóór de aanslag had ik al de gewoonte om elke dag tijd te nemen om tot God te bidden. ‘Gebruik mij om andere mensen tot zegen te zijn.’ Dat bid ik nog steeds.”

Ik begreep dat je inmiddels klaar bent met je studie verpleegkunde in Makassar en nu als verpleegkundige werkt in het dorp waar je bent opgegroeid?

“Inderdaad. Mijn verwondingen verhinderen me gelukkig op geen enkele manier in mijn werk. Integendeel: ik merk dat ik patiënten heel goed aanvoel en snel contact maak, omdat ik weet waar zij doorheen gaan. De pijn, worstelen met onzekerheid, angst voor de operatiekamer, eenzaamheid, trauma’s? Ik ken het allemaal, van binnenuit.

Patiënten zien natuurlijk mijn geschonden huid

En soms vertel ik hun ook: ‘Ik ben een overlevende van de bomaanslag in Makassar.’ Want ze zien natuurlijk mijn geschonden huid en vragen weleens of ik een ongeluk heb gehad, of waarom mijn vinger krom staat. Dan deel ik mijn verhaal met patiënten. Ik wil hen met mijn hele hart dienen.”

Ook als het moslims zijn?

“Ik maak geen onderscheid, en koester geen haat. We zijn geroepen ál onze naasten lief te hebben.”

Vina studeerde verpleegkunde in de Indonesische stad Makassar, toen een islamitische zelfmoordterrorist zichzelf opblies voor de katholieke kerk die ze zojuist had bezocht, op Palmpasen 2021. Ze overleefde de aanslag ternauwernood.
© Nathalie van der Straten

Is het voor jou een troostrijke gedach­te dat ook Jezus weet wat lijden is?

“Zeker. De afgelopen jaren ben ik talloze keren geopereerd. Eén keer gebeurde dat uitgerekend op Goede Vrijdag. De uren ervoor was de pijn in mijn lichaam bijna ondraaglijk. Toen ik rond 18.00 uur in de operatiekamer aan de Here Jezus aan het kruis dacht, vlak voordat ik onder narcose ging, was dat zo’n bemoediging. Inderdaad: Hij weet het. Als geen ander.”

Zie je ernaar uit om Pasen te vieren?

“Ieder jaar weer! Ik zing heel graag, en zal dat ook met Pasen doen in onze kerk.” Glimlachend: “Gelukkig zijn mijn stembanden níét aangetast door het vuur. Zolang ik leef, wil ik mensen blijven dienen, Jezus volgen en van Gods goedheid blijven zingen.”

      Deel dit artikel:

      Meest gelezen

      Lees ook