Sumi is slachtoffer van adoptiefraude: ‘Als kind dacht ik dat mijn moeder mij niet wilde’
16 oktober 2024 · 10:00
Update: 17 oktober 2024 · 20:41
Traumatisch. Dat is hoe Sumi terugkijkt op haar adoptie. Op zesjarige leeftijd wordt ze uit haar geboorteland Indonesië gehaald en naar Nederland gebracht. Samen met haar drie jaar oudere zus komt ze bij een gezin in Friesland terecht. “Ik weet nog precies hoe ik mijn biologische moeder zag weglopen.”
Het leven van Sumi (51) en haar zus kent een bewogen start. Onder valse voorwaarden staat hun Indonesische moeder haar twee dochters af. Ze zouden – als er weer genoeg geld zou zijn – weer teruggehaald kunnen worden naar huis. Maar dat blijkt een leugen. Later hoort Sumi pas dat haar moeder hen nog probeerde terug te halen, maar dat dit niet mocht. “Ik keek door het sleutelgat en ik zag mijn biologische moeder weglopen. Ik begreep het niet en wilde naar haar toe. Ik heb gebonkt, hard geschreeuwd en gehuild dat ik naar mijn moeder wilde, maar dat kon niet.”
Puzzelstukjes op zijn plaats
Dit moment is erg traumatisch voor Sumi. “Als kind dacht ik dat mijn moeder mij niet wilde, want zij liet mij achter en liep van mij weg. Die overtuiging heeft uiteindelijk mijn hele adoptie beïnvloedt. Ik heb dit beeld 35 jaar lang bij mij gedragen.”
Eenmaal in Nederland blijkt dat er in de papieren gelogen is over de leeftijd van de twee zussen. De geboortedatum en geboorteplaats zijn vervalst. Er wordt gezegd dat ze jonger zijn, een jaar of 4 en 5. De leugen is bewust, want je mocht destijds tot je zesde jaar geadopteerd worden. Pas later, wanneer ze al veel ouder zijn, komen ze erachter dat ze ouder zijn dan gedacht. “Toen vielen de puzzelstukjes op zijn plaats, want we werden vroeger ongesteld dan normaal.”
Gezin in Nederland
Het adoptiegezin waar Sumi in opgegroeid is, is warm. “Ik had het best goed. Ik heb liefde en genegenheid gehad en ze probeerden mij zo goed mogelijk op te voeden. Maar er was geen begrip voor de cultuur waar ik uitkwam.” Haar Nederlandse ouders proberen Sumi bijvoorbeeld zuivel te laten drinken en eten, iets wat ze in haar jeugd in Indonesië nooit eerder heeft gedaan. “Voor hen – zij waren immers melkveehouders – was het heel normaal om melk te drinken, en ze begrepen niet dat ik het niet lustte.”
“Mijn Nederlandse ouders waren niet met adoptie en de gevolgen ervan bekend. Daarnaast hadden zij ook niet van hun ouders geleerd om over gevoelens te praten, dat konden zij gewoon niet.” Er worden grappen gemaakt die Sumi diep raken. “Mijn Nederlandse vader zei bijvoorbeeld: als je nu je melk niet opdrinkt, dan ruil ik je in voor een ander meisje. Het was een grapje, maar hierdoor kreeg ik het idee dat als ik het niet goed deed, dat ik dan ingeruild zou worden. Dat is een trauma geworden.”
In tweestrijd
Sumi heeft moeite om zich te aarden. “Wat ik ook deed, ik viel altijd op. Ik ben altijd in tweestrijd geweest met mijn geboorteland en het land waarin ik geplaatst ben. Ik zie er namelijk anders uit. En ondanks dat ik sociaal ben, was blenden erg lastig.” Als kind voelt Sumi zich dan ook vaak afgewezen en verlaten. “Ik was altijd boos, zonder dat ik wist waarom ik boos was. Ook moest ik vroeger veel huilen. Als ik er nu als volwassene op terugkijk, was dit omdat ik mij verlaten en onbegrepen voelde. Ik was daar boos en verdrietig over.”
Erkenning krijgen voor je leed is zalvend
Wanneer haar Nederlandse vader ziek wordt, zorgt Sumi twee jaar lang voor hem. In die periode heeft ze een bijzonder gesprek met hem, waar ze nu nog regelmatig aan terugdenkt. “Ik legde hem uit waarom ik vroeger zoveel huilde, want dat was iets wat hij niet begreep. Hij vertelde mij dat hun kinderwens uitkwam door de adoptie en dat hij destijds niet besefte wat dit zou betekenen voor mij. Hij heeft mijn verdriet nooit gekoppeld aan de adoptie. Toen hij realiseerde hoe het voor mij was geweest, bood hij gelijk zijn excuses aan.” Dat moment is helend voor Sumi. “Alsof er een zware jas van mijn schouders afgleed. Erkenning krijgen voor je leed is zalvend.”
Zussenband
Sumi en haar zus ervaren hun adoptie allebei op een hele andere manier. Pas wanneer hun Nederlandse ouders allebei overlijden, groeien de twee zussen wat meer naar elkaar toe. Er komt begrip voor elkaars perspectief over de situatie. “Het was vroeger geen onderwerp dat we samen konden bespreken. Mijn zus had de behoefte om terug te gaan naar ons geboorteland, ik had dat minder.”
Het verschil in beleving komt omdat zij anders met hun trauma omgaan. Sumi’s zus heeft veel herinneringen geblokt, terwijl Sumi juist een beelddenker is waarbij beelden blijven hangen. “We kregen vroeger ruzie over hoe onze geboorteplaats eruitzag, om er vervolgens nooit meer over te praten. Tot mijn zus in 2005 voor het eerst op reis ging naar Indonesië. Midden in de nacht kreeg ik een sms van haar dat ik onze geboorteplaats zo goed had beschreven en dat het er nog steeds precies zo uit zag!”
Verlatingsangst
Door haar adoptie heeft Sumi lange tijd last van verlatingsangst. “Ik houd van mensen die doen wat ze zeggen. Daar selecteer ik ook mijn vriendschappen op. Ik kies nu eerder voor mezelf. Je moet niet blijven zitten in iets waar je niet blij mee bent. Ik heb er nu minder last van.”
Ik heb mij heel alleen gevoeld
Sumi kent veel verliezen in een korte periode. Haar Nederlandse ouders, haar Indonesische moeder en haar ex-man overlijden een aantal jaar na elkaar. “Ik heb mij heel alleen gevoeld. Ik zat op een eilandje, niemand durfde mij te benaderen. Toen zat ik echt op de bodem van mijn emoties.” Ze gaat in therapie en besluit op reis te gaan. Ze neemt Indonesië als thuisbasis en reist naar omliggende landen in Azië en Oceanië. “Ik wilde mij weer vrij kunnen voelen, maar dat kon niet in de omgeving waar al dat grote verlies plaatsvond.”
Verbinding vinden bij elkaar in niemandsland
Uiteindelijk ontmoet Sumi Tim, een man die ook uit Indonesië is geadopteerd. Dat de twee allebei geadopteerd zijn, verbindt hen. “We kunnen het er samen goed over hebben. Ik heb mij nog nooit ergens thuis gevoeld, niet in Nederland en niet in Indonesië. Maar bij Tim voel ik mij thuis. En ondanks dat we echte tegenpolen zijn, voelen we ons nu thuis bij elkaar.” Sumi en Tim delen een stukje niemandsland, maar vinden de verbinding bij elkaar.
We voelen ons thuis bij elkaar
Een jaar geleden zijn Sumi en Tim met elkaar getrouwd, waardoor ze ook écht met elkaar verbonden zijn. “Trouwen is voor mij elkaar volledig vertrouwen en de verbinding met elkaar aan gaan. Voor veel mensen is trouwen geen must. Maar voor ons beiden als geadopteerden maakt het toch uit, hebben we gemerkt. We hebben elkaar een belofte gedaan die we graag willen nakomen. Want de beloftes die ons werden toegezegd als kinderen, werden niet nagekomen. Dat heeft een diepe wond geslagen en die wond willen we graag helen.”
Sinds hun bruiloft zijn ze naar eigen zeggen “meer ontspannen als stel.” Sumi: “We lachen ontzettend veel. Wij zijn onze kindertijd en jeugd aan het inhalen. De tijd van te snel volwassen zijn en een onveilig gevoel maken plaats voor veilige ontspannen liefde.”
Wil je meer weten over het verhaal van Sumi en haar man Tim? Bekijk dan de 2Doc documentaire Kind van de Tijd van de EO, te zien via NPO Start.
Foto door: Bud Wichers
Dit artikel hoort bij het programma
2Doc: Kind van de tijd