Ongewenst: Maria werd als baby door haar ouders verwaarloosd
8 november 2020 · 19:23
Update: 15 november 2024 · 11:11
Maria Driessen (33) was drie maanden oud toen ze zwaar ondervoed en verwaarloosd bij haar Nederlandse adoptieouders kwam. “Toen ik later ontdekte dat m’n biologische familie rijk was en goed voor mij had kunnen zorgen, gaf dat veel verdriet,” vertelt ze. “Ondanks de levenslange gevolgen leerde ik me ermee te verzoenen.”
“Als baby van drie maanden woog ik zes pond en was duidelijk ondervoed en verwaarloosd. Ook maakte ik geen oogcontact. Doordat er niet voorzien was in mijn basisbehoeften kwam ik in een overlevingsmodus, die nog steeds in m’n lijf zit. Opgeven is voor mij geen optie. Jarenlang ging ik uit van het romantische beeld dat mijn moeder te arm was om voor mij te zorgen en mij daarom afstond. Toen ik vijftien was, gingen we als gezin naar Sri Lanka om mijn biologische familie te bezoeken.
Mijn romantische plaatje viel uiteen. Dit was de rauwe werkelijkheid.
Vooraf ging iemand van het adoptiebureau op zoek naar mijn familie, van wie de gegevens in m’n adoptiepapieren stonden. Maar het spoor liep dood, want de familie ontkende in alle toonaarden een kind afgestaan te hebben. We kregen het advies om er gewoon naartoe te gaan. Degene die de deur opende, leek ontzettend op mij. Het moest mijn familie wel zijn.”
Ongewenst kind
“Mijn biologische moeder woonde daar met mijn oma en ooms en tantes. Ze bleek een beperking te hebben en raakte destijds ongewild zwanger, waarschijnlijk door verkrachting. Mijn oma stuurde haar naar de stad om bij een tante te bevallen. Dat ging helemaal niet goed, want m’n moeder kon zelf niet voor mij zorgen. Het deed ontzettend pijn om dit te horen. De familie was heel rijk en had prima voor mij kunnen zorgen. M’n romantische plaatje viel uiteen. Dit was de rauwe werkelijkheid. Ik was zo graag met open armen ontvangen en hoopte dat ze trots op me zouden zijn. Ik mocht er als baby niet zijn, maar nu nog niet, want ze ontkenden in eerste instantie dat ze mij hadden afgestaan. Ik had verdriet, maar was ook heel boos op m’n oma. Je begrijpt toch wel dat je iemand met een beperking niet zomaar ergens in de stad een kind kunt laten krijgen?”
Burn-out
“Twee jaar geleden kreeg ik een forse burn-out. Door mijn overlevingsmodus ging ik ver over mijn grenzen. Mijn lichaam was op. Nu kwam ik eraan toe om na te denken wat ik met de hele situatie wilde. Ik besefte dat ik de keuze kon maken om te vergeven en te verzoenen. Psalm 139 deed me beseffen dat God al betrokken was bij mijn ongevormd begin en Hij is altijd gebleven. De belofte dat Hij alles doet meewerken ten goede, gaf me de kracht om te kiezen om me te verzoenen met mijn geschiedenis. Ik mag mijn verleden bij God brengen en laten. Toch blijft m’n verleden altijd onderdeel van wie ik ben. Ik heb een tumor in m’n hoofd, wat waarschijnlijk een zeldzame genetische aandoening is. Het onderzoek zou duizend keer makkelijker worden als ik meer wist van mijn biologische familie. Zoiets blijft confronterend.”
Lees ook: 'Eindelijk ontmoette ik mijn biologische familie in Haïti'