Kees Postma over zijn ontmoeting met God: 'Volgens mij ben ik nu christen of zo'
25 februari 2025 · 11:35
Update: 26 februari 2025 · 11:11
Toen hij net gelovig was geworden, zag Kees Postma veel bijzondere tekenen van God. Tegenwoordig gebeurt dat wat minder vaak: na twintig jaar heeft de schrijver en voorganger van de Vrije Baptisten Gemeente Burgum een andere band met God. Het gaat minder om ‘cadeautjes uit de hemel’.
Het geloofsleven van Kees Postma begon met een “Paulusbekering” op zijn 20e, nu alweer meer dan twintig jaar geleden. Kees is van huis uit niet gelovig opgevoed, maar belandde samen met zijn vriendin (inmiddels vrouw) toch in een kerkdienst. Hij herinnert zich het thema nog goed: ‘Heb je kortsluiting of heb je aansluiting met God?’ Het werd een levensveranderende dienst, want tijdens de preek merkte Kees dat hij vooral kortsluitingen had met God. Tegelijkertijd ontstond er vanbinnen een verlangen om Hem te leren kennen.
Hoe kwamen jij en je lief eigenlijk in een kerkdienst terecht?
“Zoals dat kan gaan: een tijdje daarvoor had een goede vriendin zich laten dopen in die kerk. We waren uit beleefdheid naar de dienst toe gegaan. Ik trok het toen niet echt. Als nuchtere Fries met totaal geen kerkelijke achtergrond kon ik het niet zo goed hebben: een zaal met honderden mensen die halleluja zongen met hun handen omhoog. Toch had de viering mij diep in mijn hart wel degelijk geraakt. Mijn vriendin en ik besloten later nog een keer te gaan, maar dan wel naar een avonddienst. Dan kon ik lekker zaterdagavond de kroeg in, zondagochtend uitslapen en hop op zondagavond nog een dienst meepikken.”
Maar zo’n vrijblijvende avond werd het niet?
“Toen ik tijdens een gebedsmoment mijn ogen sloot, zag ik drie kruisen op een heuvel voor me. Ik vertrouwde mijn eigen zintuigen niet en deed mijn ogen gauw weer open, maar zodra ik mijn ogen opnieuw sloot, waren de drie kruisen er weer. ‘Kees,’ hoorde ik, ‘je hebt je hele leven voor jezelf geleefd. Mag Ik mijn leven door jou heen leven?’ Dat aanvaardde ik graag. Emotioneel opende ik mijn ogen en ik zag mijn vriendin ook huilen. Zij had dezelfde ervaring gehad als ik. In de auto op de terugweg zei ik tegen haar: ‘Volgens mij ben ik nu christen of zo. Ik weet niet precies hoe dit werkt.’”
Wie is Kees Postma?
Het werd het begin van een idyllische ontdekkingstocht. “De eerste jaren was het net alsof alles wat we aanraakten in goud veranderde. We namen alles als een spons in ons op en maakten veel mooie dingen mee. Het leek alsof er niets verkeerd kon gaan, zeg maar. Ik had soms het idee dat Psalm 1 mijn lijftekst was: ‘Alles wat hij onderneemt, gelukt.’ Het was een heel fijne periode om zo te starten.”
Overal vlinders
Een paar maanden na hun bekering waren Kees en zijn vriendin in de Belgische Ardennen op vakantie. Hij had het plan om haar ten huwelijk te vragen, maar precies op die dag kregen ze een fikse ruzie over de invulling van hun dag. Hij verliet de tent en ging een stukje lopen langs de rivier. Het huwelijksaanzoek moest maar even wachten. Was dat eigenlijk wel een goed idee, of was deze ruzie een signaal? Kees beschrijft zijn vertwijfeling: “Ik vroeg God of dit misschien een teken was dat ik haar geen aanzoek moest doen. God bleef stil. Aan het einde van de rivier zat ik op een grote rots. Ik bad nog even en was afgekoeld. Een mooie vlinder, gewoon in de zomer, landde op mijn knie, en ik bewonderde het wezen even.” Kees gaat terug en legt het conflict bij, maar durft toch nog geen verlovingsring tevoorschijn te toveren.
Begrijp ik Gods stem niet meer?
In de week die daarop volgt, gebeurt er iets bijzonders: Kees ziet meerdere keren per dag vlinders verschijnen. Ze vliegen overal waar hij komt. Kees snapt er niets van. Waar komen die nou ineens vandaan? Terug in Nederland bezoekt Kees een kerkdienst waarin een vrouw aangeeft dat ze een profetie heeft ontvangen. Het is een profetie voor een jongeman die zijn vriendin ten huwelijk wil vragen. De vrouw gaat achter de microfoon staan en begint een hele verhandeling over de schoonheid en kwetsbaarheid van vlinders. Dit is de bevestiging: het idee om te trouwen was het juiste. De vlinders waren Gods groene licht voor het voorgenomen aanzoek.
Een leven vol wonderen en tekenen. Maar zo blijft het niet altijd gaan.
“Er zijn veel van dit soort verhalen uit die vroege vormingsjaren als christen. Nu, 22 jaar later, maak ik het nog af en toe mee, maar veel minder vaak. Ik moet eerlijk toegeven dat ik hierdoor soms aan mezelf twijfel. Begrijp ik Gods stem niet meer? Heb ik ergens een verkeerde afslag genomen, waardoor God liever zijn boodschappen doorgeeft aan mensen die ervoor openstaan? Is mijn tijd om, doe ik niet meer mee in dit gebied? Gewogen en te licht bevonden?”
Over deze fase heeft Kees een boek geschreven: De Retraite. Het is een komisch verhaal over David, een voorganger die geestelijk een beetje is uitgeblust. David is misschien wel een goede theoloog, maar niet zo’n perfecte gelovige: “Kennis over God won het simpelweg van het kennen van God. Academisch intellectueel christendom overwon de lange wandelingen en uren van gebed die ik (de hoofdpersoon, red.) eerder samen met Hem doorbracht. Het gebrek aan levende gemeenschap met Christus maakte mij tot iemand met een hoofd vol kennis en een hart zonder vreugde.” David verkeert in vertwijfeling over een sollicitatie en besluit mee te gaan op een voorgangersretraite naar Ierland.
Dubbeltjes worden kwartjes
Eerst schrikt David van alle succesverhalen van zijn collega’s. “Bijna allemaal kakelen we door elkaar over onze nieuwe bouwprojecten, twaalfdelige studieprogramma’s en busladingen vol mensen die belijdenis doen van hun geloof of zich laten dopen door onderdompeling. Dat we recent gevraagd zijn om op grote conferenties te spreken en onze preken duizenden malen online bekeken zijn. Dat ons manuscript is goedgekeurd door de grootste christelijke uitgever van Nederland. Als je ons mag geloven raakt de hemel wekelijks de aarde wanneer wij het Woord openen en eens verloren schapen weer terugkeren naar de goede Herder. Al onze dubbeltjes worden kwartjes.”
Dit is het ren-je-rot-voor-God-syndroom
De werkelijkheid is echter anders: David en de andere voorgangers zijn het vuur in hun geloof een beetje kwijtgeraakt. De wijze broeder Cornelius, die de retraite leidt, legt dat haarfijn bloot. “‘Velen van jullie zijn ooit in de bediening begonnen met het verlangen om verloren zielen te redden voor de eeuwigheid. Je eerste liefde voor God, de gemeente en de verloren zondaar brandde vurig en je kon niet wachten om mensen bij Christus te brengen. Maar al snel kwam je erachter dat je werd opgezogen – en misschien wel werd leeggezogen – door interne aangelegenheden waarvan de kerk er plenty heeft: vergaderingen, commissies, brandjes blussen, gemeenteweekenden, heidagen met de activiteitencommissie, nog meer brandjes blussen en ga zo maar door.”
Uit het leven gegrepen?
Kees: “Dit laatste noem ik het ren-je-rot-voor-God-syndroom. Het boek over de voorgangersretraite is deels uit het leven gegrepen en deels fictie en satire.” Toch weet Kees heel goed waarover hij schrijft. Niet in de laatste plaats omdat hij jaarlijks met een klein groepje mensen naar een huisje in Ierland gaat voor een wandelretraite. “Ik weet goed de weg in Ierland, omdat mijn vrouw en ik daar ooit zijn begonnen als kerkplanters. Vierenhalf jaar woonden we daar aan de zuidkust, met uitzicht op de oceaan.”
Geen erkenning van mensen
In het boek worden voorganger David en zijn broeders gewezen op hun eigenlijke missie. “Het kennen en liefhebben van God als hoogste doel: niet heiligheid, succes in de bediening, woorden van wijsheid... Geen erkenning van de mensen, duimpjes omhoog of unieke kijkers naar onze livestream. Niet een nieuwe geestelijke trukendoos of culturele relevantie. Geen duidelijke leiding op onze vragen of we nu moeten blijven of moeten gaan. Ons eerste verlangen zou Christus zélf moeten zijn: Hij is de bron die ons voorziet van zuiver water.”
Aan het einde van de retraite heeft voorganger David geen concreet antwoord op zijn vraag gekregen, maar lijkt hij wél genoeg te hebben geleerd. Hoe zit dat?
“Hij heeft het antwoord gekregen op de wezenlijke vragen. Dan zijn de antwoorden op specifieke vragen niet meer nodig. De wezenlijke vragen zijn voor veel christenen: ‘Weet ik mij geliefd door God? Ben ik goed genoeg voor Hem? Is Hij met mij?’ Wanneer we daar antwoord op vinden, valt er een goede schaduw over al je andere vragen – want de fundamentele vragen zijn getackeld. Wij hadden onlangs nog een Bijbelstudie met dertig mensen. We lazen uit Job 38 tot en met 42. In het Bijbelboek gaan Job en zijn vrienden los met allemaal redenaties, maar in deze hoofdstukken is het God die de vragen stelt. Waarop Job antwoordt: ‘Ik had eerst mijn mond open, maar nu leg ik mijn hand op mijn mond en word ik zelf stil.’ Dat is de plek waarop je moet komen. En dat geldt niet alleen voor Job, maar voor velen van ons.”
Weer meer leren luisteren dus, en terugkeren naar dat waar het om draait.
“Bij mijzelf viel er een kwartje toen een wijze broeder me opzocht. Hij vroeg me: ‘Kees, weet je nog hoe je vroeger cadeaus voor je kinderen meebracht als je naar het buitenland reisde? Dat was nodig om ze te laten weten dat je van ze hield, toch? Ze hebben je liefde ervaren door de cadeaus die je gaf. Nu zijn ze veel ouder en hebben ze geen cadeaus meer nodig. In de loop der jaren zijn ze vertrouwd met je geworden en hebben jullie samen veel hoogte- en dieptepunten ervaren en gedeeld. Ze weten dat je van ze houdt, niet omdat je cadeaus geeft, maar omdat je er altijd voor ze bent geweest in die pieken en dalen.’”
Daarmee doelde Kees’ vriend op zijn relatie met God. Die relatie begon vol met hemelse cadeautjes: bijzondere ervaringen om te laten zien dat God je ziet en verhoort. “Die bijzondere momenten worden gedenkstenen die je opnieuw kunt bezoeken, zeker als het stiller wordt en je geloof wankelt, om je te realiseren: God was hier en sprak tot mij. Maar bij spiritueel volwassen worden hoort nu eenmaal vaak dat de Vader minder van die gaven uitdeelt. Je hebt ze als doorgewinterd gelovige minder nodig om je geliefd, gekend en gewild te voelen: God is je immers al tientallen jaren trouw. De gever is belangrijker geworden dan het geschenk.”
Werken deze fasen hetzelfde in de levens van alle gelovigen?
“Ik kan alleen voor mezelf spreken natuurlijk, maar ik heb behoorlijk wat gedenkstenen in mijn leven. Momenten waarop ik de Heer op een bijzondere manier heb ervaren. Ik merk wel dat dat vooral tijdens de vormende eerste jaren was. Als ik even de afgelopen tien jaar de revue laat passeren, zijn er heel veel leuke dingen gebeurd, dus ik verdenk God nog steeds regelmatig van een wonderlijk plan, maar dat de hemelse gewesten helemaal overstromen…? Dat kan ik niet zeggen. Net als met die cadeautjes voor de kinderen was het waarschijnlijk juist extra nodig in die eerste jaren dat God ons regelmatig liet weten dat Hij écht bestaat, geen sprookje is, maar zichtbaar werkt. En heb je daarvan eenmaal voldoende gezien, dan leer je wel vertrouwen.”
Wat moeten we doen als we in een geestelijke woestijnperiode belanden?
“Besef: jouw kijk op de situatie verandert, maar God verandert niet. Of je nu in een oase bij de put zit te drinken, of door gortdroog land dwaalt, God verandert niet. Daarnaast kan een woestijntijd een vormende tijd zijn. Ik las voordat we elkaar spraken Deuteronomium 8 vers 2: ‘Denk aan de tocht die de HEER, uw God, u door de woestijn heeft laten maken, veertig jaar lang. Hij wilde u laten buigen voor zijn macht en u op de proef stellen, om te ontdekken wat er in uw hart leefde: gehoorzaamheid aan zijn geboden of niet.’
Even uit je comfortabele geestelijke bubbelbad worden gehaald
Een woestijnperiode kan vanuit de hemel wel een tijd zijn van: nou, eens zien wat er overblijft van Kees’ geloof als de zaken even niet zo lekker lopen! Even uit je comfortabele geestelijke bubbelbad worden gehaald en zien wat de kern nou eigenlijk is.”
De kern bestaat niet uit een continu ervaren van wonderen?
“Christenen moeten hun status niet laten afhangen van hoe direct hun lijntje met God is. Ik zeg weleens tegen mensen: ‘Negentig procent van wat God wil van ons staat opgetekend in zijn Woord. Sla de Bijbel open, dan spreekt Hij ook tot je!’ Maar natuurlijk hebben we allemaal het verlangen om soms op dat ene moment net wat extra te krijgen. En soms gebeurt dat ook. Soms niet. In Hebreeën staat dat God heeft gesproken in en door zijn Zoon. Dat verhaal spreekt boekdelen en zegt alles wat je moet weten.”
Zelf is Kees een volwassen en vertrouwend kind van God geworden: “Hij heeft mij niet losgelaten, maar ik Hem ook niet. Door alle highs en lows van de afgelopen twintig jaar. Je spreekt met een dankbaar mens. Ik vind het mooi dat God mij blijft gebruiken ondanks al mijn onhebbelijkheden. Als het even stil blijft vanuit de hemelse werelden, raak ik niet langer in de war en twijfelachtig.”
Meest gelezen
- Verliefd worden op een ex-gedetineerde: ‘Er zit een heel mens achter ‘de daad’, leer die eens kennen’
Hel of Hotel, te zien op NPO Start
Verliefd worden op een ex-gedetineerde: ‘Er zit een heel mens achter ‘de daad’, leer die eens kennen’
- Dominee René van Loon heeft de ziekte van Parkinson
'Ik dacht: is dit mijn toekomst?'
Dominee René van Loon heeft de ziekte van Parkinson
- Wat als je kind niet meer gelooft? 'Goed jeugdwerk is heel belangrijk'
Jongerenwerker Angelique Slootweg verloor zelf het geloof
Wat als je kind niet meer gelooft? 'Goed jeugdwerk is heel belangrijk'
Lees ook
- Column Mama Mirjam #59: ‘We laten weinig voor Liv, maar onbewust staan we toch een beetje extra aan’
Column Mama Mirjam #59: ‘We laten weinig voor Liv, maar onbewust staan we toch een beetje extra aan’
- 'Ik genoot ervan als de boel escaleerde en we vochten met de ME'
'De Verandering', zaterdag 1 maart, 17.30 uur, NPO 2
'Ik genoot ervan als de boel escaleerde en we vochten met de ME'
- Vijf tips van Arie Boomsma om gezond oud te worden
‘Het is nooit te laat om te beginnen met bewegen’
Vijf tips van Arie Boomsma om gezond oud te worden