Sluit je aan

Inloggen bij eo

Praat je mee? Als je bent ingelogd, kun je reacties plaatsen en gesprekken volgen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

Uitgelichte afbeelding
© Ria van der Ploeg Fotografie

Karin Seijdell vindt het fantastisch om te werken voor mensen met een ver­stan­de­lij­ke beperking

28 april 2022 · 12:13

Update: 15 november 2024 · 10:47

Karin Seijdell (45) werkt als geestelijk verzorger voor mensen met een verstandelijke beperking. Al was ze helemaal niet van plan om dit beroep te kiezen, ze zou dit werk voor geen goud meer willen missen. Karin: “Ik leer ontzettend veel van hen, elke dag.”

Karin herinnert zich nog goed hoe ze als peutertje samen met haar moeder collecteerde voor de instelling tegenover hun huis: een woonplek voor mensen met een verstandelijke beperking. Karin: “Als klein meisje kon ik het woord ‘gehandicapten’ (dat toen nog gebruikt werd, red.) niet goed uitspreken, nogal vertederend. Daardoor haalden we extra veel geld op voor deze mensen. Dáár is mijn liefde voor deze groep begonnen.”

Ik voelde een enorme elektrische schok in dit contact en dacht: 'dit is écht fantastisch!'

De ‘grote klik’ kwam tijdens haar studie theologie. Karin zou predikant worden en samen met haar jaargroep woonde ze een studieweekend bij in een zorginstelling. Ze belandde op een afdeling voor mensen met een ernstige beperking. “Ik kwam oog in oog te staan met een jongeman van mijn eigen leeftijd. Ik zie hem nog zo voor me. Hij kon zijn hoofd niet stilhouden. Ondertussen bleef hij mij heel doordringend aankijken. Ik was totaal ontroerd en voelde een enorme elektrische schok in dit contact. 'Dit is écht fantastisch!' ging er door me heen. Maar ik was de enige van mijn groep die hier zó van onder de indruk was.”

Achteraf gezien omschrijft Karin het alsof ‘een zachte hand’ haar deze kant op heeft geduwd. “Ik was helemaal niet van plan om deze kant op te gaan, maar uiteindelijk kon ik er niet omheen.” Op de kop af twintig jaar geleden begon ze aan haar eerste baan als geestelijk verzorger voor mensen met een verstandelijke beperking. Karin: “Ik leer ontzettend veel van hen, elke dag.”

Aanwezigheid is contact

Op de vraag wat de omgang met deze mensen voor Karin zo bijzonder maakt, twijfelt ze geen moment: “Ik leer van hen om écht contact te maken. Voor mensen met een verstandelijke beperking draait contact niet enkel om wat je tegen elkaar zegt, maar veel meer om je aanwezigheid voor elkaar.”

Ze voelen het feilloos aan als ik gehaast en druk ben

“Want als taal niet je sterkste kant is, dan is elkaar aandachtig aankijken wat telt. Afgeleid zijn, betekent: geen contact. Mensen met een verstandelijke beperking zijn heel direct in hun feedback. Ze voelen het feilloos aan als ik gehaast en druk ben en laten me dat merken ook,” zegt Karin lachend. “Je aanwezigheid in het moment is ontzettend belangrijk, het maakt of breekt het contact.”

Dit inzicht is waardevol voor alle onderling contact. Daarbij stimuleert het Karin ook om nog respectvoller om te gaan met haar werkrelaties. “Als ik merk dat ik geen onverdeelde aandacht kan opbrengen omdat ik bijvoorbeeld ‘vol’ of onrustig ben, dan geef ik dit aan: ‘Ik ben niet optimaal aanwezig vandaag.’ Of ik stel voor dat we een andere afspraak maken. Gelukkig is er in mijn werk de ruimte om flexibel te zijn.”

Liefdesverdriet

Ook in het omgaan met sterfelijkheid en de dood heeft Karin geleerd van de mensen waar ze mee werkt. “In mijn eigen ervaringen met de dood merk ik dat ik heel erg in ‘het doen’ schiet. Mijn vader is recent overleden en mijn primaire reactie was om to-do-lijstjes te maken.”

Doen is makkelijker dan voelen

“Doen is makkelijker dan voelen. Maar mensen met een verstandelijke beperking zul je dat niet zo snel zien doen, zij gaan vol het verdriet in. In de dagen tussen overlijden en begrafenis zie ik hen vaak volop voelen en verdrietig zijn. Daarna zie ik hen ook sneller ‘herstellen’, juist omdat ze tijd namen om alles te voelen.”

Laatst zei een man tegen Karin: “Ik heb liefdesverdriet.” Ze keek hem verrast aan. “Ik vroeg hem wat hij bedoelde en hij vertelde me dat hij verdriet had om de liefde die hij voelde voor zijn moeder, die kortgeleden overleden was. Dit was liefde die hij niet meer aan haar kwijt kon. ‘Het doet pijn in mijn hoofd als ik over mama praat.’ Hij noemde dit liefdesverdriet. Zo mooi, raak en ontroerend vind ik dat.”

Geestelijk verzorger

Wat doet een geestelijk verzorger eigenlijk? Karin omschrijft het als ‘het verbinden van levensverhalen aan bronnen van hoop en soms aan geloof’. Karin: “Als ik dominee was geworden in een kerk, had het geloof veel nadrukkelijker een rol gespeeld. Nu heb ik te maken met mensen van alle levensovertuigingen en ook mensen die helemaal niet geloven. Het is mijn uitdaging om het gesprek gaande houden. Om te spreken over wat je leven zin geeft en waar je op mag hopen als je leven moeilijk wordt.”

Niet wegkijken als het moeilijk wordt

“Ten diepste ben ik bezig met de boodschap van Jezus en zijn radicale keuze voor liefde. Ik wil mijn geloof vruchtbaar laten zijn voor de wereld en mensen om mij heen. Als geestelijk verzorger heb ik daarin de verantwoordelijkheid om dit voor te leven. Niet wegkijken als het moeilijk wordt.”

Karin werkt zowel met mensen met een verstandelijke beperking als met mensen die zingevingsvragen hebben. Ze doet dit vanuit het Centrum voor Levenvragen. Vaak zijn dit mensen die ernstig ziek zijn of ingrijpende verliezen hebben meegemaakt. Wat maakt het werken met de eerste groep anders? “Mensen met een verstandelijke beperking zijn echt verschillend van mensen zonder verstandelijke beperking. Doordat ze een begrenzing in hun verstand hebben, moeten ze nog meer woekeren met de andere talenten die ze hebben. Ze zijn supercreatief!”

In haar studie heeft Karin veel gelezen van de Frans Joodse filosoof Emmanuel Levinas. Karin: “Levinas benadrukt dat ‘een ander’ ook echt ‘een ander’ is. Niemand is hetzelfde en dat hoeft ook niet. Mensen met een beperking zijn niet beter of slechter en wij ook niet. Je kunt altijd een voorbeeld aan elkaar nemen, je laten inspireren. In ieder ander kun je zelfs ook iets van God ontmoeten.”

Levensvragen

De levensvragen die Karin tegenkomt, zijn niet anders dan die wij allemaal hebben. De verwoording ervan is vaak wel net even anders. Karin: “Het mooie is, hoe wij levensvragen stellen, zo stellen deze mensen ze nooit! Ik heb in al die jaren nog niemand horen zeggen: ‘Ik zit met deze en deze levensvraag.’ Het gaat directer. Ik zie mensen dagenlang intens verdrietig zijn als er een vader, moeder, broer of zus is overleden. Of de mevrouw die steeds meer lichamelijke beperking ervaart en zich bedroefd afvraagt: ‘Wie ben ik nog?’ Er zijn ook mensen die beseffen dat ze een verstandelijke beperking hebben en zichzelf de vraag stellen welk leven ze mogen en kunnen leiden en waar de beperking roet in het eten gooit.”

Mensen met een verstandelijke beperking leven vaak bewust met de structuur van het jaar: van seizoen naar seizoen en feest naar feest. Daarom zijn vieringen zoals Kerst en Pasen, maar ook afscheidsdiensten en verjaardagen, belangrijke momenten. “Bij deze vieringen gebruik we vaak rituelen, zoals kaarsen aansteken of bepaalde liederen zingen. Ook de mensen die geen religieuze taal spreken, of familieleden die niet naar de kerk gaan of geloven, vinden het heel fijn om verbinding met elkaar te voelen met behulp van rituelen. Rituelen helpen bij moeilijke overgangen in het leven, zoals de overgang van leven naar de dood, of van gezond naar ziek.”

Het gaat er niet om dat ik het antwoord geef, maar dat er ontmoeting is

Wat Karin wel eens lastig vindt, is dat er een beroep gedaan wordt op haar ‘geestelijke autoriteit’. “Mensen zien mij als degene die verstand heeft van sommige zaken en dan zeggen ze: ‘Vertel het me maar!’ Laatst vroeg iemand: ‘Mijn broer is dood, is hij nu in de hemel?’ Dan zou ik daarop kunnen antwoorden, maar meer nog besef ik dan dat deze vraag een manier is om mij uit te nodigen voor gesprek, voor ontmoeting. Het gaat er niet om dat ik het antwoord geef.”

Stilgezet door man met downsyndroom

Karin vertelt over een ontmoeting van jaren terug die nog steeds veel voor haar betekent. “In de instelling waar ik toen werkte woonde een man met het downsyndroom. Door z’n moeder was hij altijd meegenomen naar kloosters en eigenlijk had hij zelf monnik willen worden, maar dat kon niet met zijn beperking. Als hij mij op de gang tegenkwam, sloeg hij als eerste een kruisje en dan groette hij mij in het Latijn: ‘Dominus vobiscum!’ Dit zijnde openingswoorden uit de katholieke liturgie en het betekent De Heer zij met u. Hij liep dan pas door als ik antwoordde: ‘Et cum spiritu tuo’,wat betekent ..en met uw geest.”

Hij liet mij ervaren hoe het is als iemand tijd voor je neemt

“Dit vond ik zo mooi! Voor hem was dit een heilig moment. Ik kon dan echt geen haast hebben. Hoe druk ik het ook had, hij zette mij even stil. Ik denk daar nog vaak aan terug. Hij liet mij hiermee ook ervaren hoe het is als iemand even tijd voor je neemt. Deze ontmoeting beschrijft voor mij de kern van mijn werk, tijd nemen voor elkaar. En dat is waarom ik er zo van geniet!”

Karin Seijdell woont met man en twee kinderen (13 en 11) in Waalre. Ze werkt part-time als geestelijk verzorger bij zorgorganisatie Severinus in Veldhoven, is communicatiemedewerker bij de beroepsvereniging VGVZ en is oprichter van Zinlab waar zij coaching en training aanbiedt aan vrijwilligers en professionals op het gebied van zingeving en levensvragen. Ze werkt ook voor het Centrum voor Levensvragen Oost-Brabant en ondersteunt daar mensen met zingevingsvragen. Deze ondersteuning is vaak kosteloos.

Beeld: Ria van der Ploeg Fotografie

Deel dit artikel: