Sluit je aan

Inloggen bij eo

Praat je mee? Als je bent ingelogd, kun je reacties plaatsen en gesprekken volgen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

Haar jeugd was een hel.

Jane Lasonder: 'Mijn jeugd was een hel'

13 juni 2013 · 15:45Visie

Update: 1 december 2022 · 12:09

Jane Lasonder is een wandelend wonder. Zij overleefde een jeugd die ze – met alle recht van spreken – als "een hel" typeert. Jarenlang werd ze mishandeld en seksueel misbruikt door haar sadistische stiefvader. De enige plek waar ze zich geborgen voelde, was een plaatselijke kerk.

Jane Lasonder (1965) rolt haar rechtermouw op en onthult een langgerekt litteken: een blijvende herinnering aan woorden die haar als kind doodsangst bezorgden. "Mijn stiefvader heeft me, terwijl hij me misbruikte, meer dan eens bedreigd met een vlijmscherp mes," vertelt ze. "Eén keer sneed hij me daadwerkelijk in m'n arm, van boven naar beneden, en beet me toe: 'Als je hier ooit met iemand over praat, snijd ik je aan stukjes en stop ik je in de vriezer.' Dat nam ik direct aan; hij was volstrekt onberekenbaar. En erover praten? Ik peinsde er niet over: wie zou mijn verhaal ooit geloven?"

Ongewenst

Jane formuleert vlug en met een onmiskenbaar Engels accent. Op de bank in haar Zwolse huiskamer vertelt deze kleine vrouw – ze is 1 meter 53 – openhartig over haar ongelofelijke verleden, dat door Henk Stoorvogel is opgetekend in Jane (uitgeverij Voorhoeve). Haar Engelse moeder raakte in 1964 zwanger van een getrouwde man uit Cyprus, vertelt ze. "Maar ik was ongewenst. Het liefst had ze me laten weghalen. Dat kon niet: haar zwangerschap was al te ver gevorderd. Ze gaf me weg aan haar zus, die de eerste twee jaar voor me zorgde. Toen ik 2 jaar en één dag oud was, trouwde mijn moeder met Mick. Die was, net als zijzelf, alcoholverslaafd." Na hun huwelijk kwam Jane bij hen wonen, in een achterbuurt van Stevenage, een arbeidersplaatsje boven Londen. "Mijn stiefvader noemde me altijd bastaard, varken, hoer, duivelskind of heks – nooit Jane. Mijn moeder kon er ook wat van. 'Je vader wilde je niet,' schreeuwde ze tegen me als ze dronken was. 'Jij hebt mijn leven verpest en je stiefvader haat je!'"
 

Trapkast

Vanaf haar 4e bracht Jane eindeloze uren en soms meer dan een dag door in de driehoekige trapkast van hun woning: een 'straf' die haar bijna permanent dronken stiefvader om de haverklap toediende. "Hij siste me vaak toe dat dit mijn doodskist was en dat ik hierin zou sterven. Een krappe en 's winters ijskoude ruimte, die van buitenaf kon worden gesloten. Er kwam geen streepje licht binnen; nooit wist ik of hij de deur weer zou opendoen. Mijn behoefte probeerde ik op te houden, maar vaak deed ik het uiteindelijk in m'n broek. Dat moest ik later zelf opruimen."

Monster

Jane's moeder was zelden thuis. Met haar jongere broertje Dave was ze praktisch overgeleverd aan de grillen van "een monster". Hoe oud ze was toen Mick haar voor het eerst misbruikte, weet ze niet meer precies. "Een jaar of 6, vermoedelijk. Later, ongeveer van mijn 7e tot mijn 13e, gebeurde het ook geregeld dat hij vier of vijf vrienden meenam, die me betastten en verkrachtten. Soms namen ze mij mee naar het kerkhof, en ging het gepaard met satanische rituelen. Ik was doodsbang voor mijn stiefvader en zijn vrienden, en durfde er met niemand over te spreken. Ook niet met de dominee van de St. Nicholas-kerk, die altijd vriendelijk voor me was."
Jane probeerde alles wat er met haar gebeurde te blokkeren, door in haar hoofd christelijke liederen te zingen en bijbelteksten op te zeggen. "Naar buiten toe was ik een stoer, brutaal meisje. Maar vanbinnen huilde ik. Ik heb ooit op het punt gestaan mezelf voor de trein te werpen, maar deed dit – Goddank – niet." Het enige 'plezier' dat Mick haar gunde, was de fles. "Vanaf mijn 7e leerde ik drinken als een voetbalhooligan. Ik dronk om te vergeten wat mij werd aangedaan."

Lichtpuntje

Eén lichtpunt in die jarenlange duisternis vormden de zondagse diensten in de plaatselijke St. Nicholas-kerk die ze bijwoonde, en het kerkkoor waarin zij zong. Hoewel ze van huis uit niets meekreeg over het geloof, en Mick uitgesproken atheïstisch was, geloofde Jane dat God in deze kerk woonde. "Ik stelde me Hem voor als een machtig Iemand, met Wie ik misschien vriendschap kon sluiten." 

De hel brak los toen Mick ontdekte dat Jane – inmiddels 13 – zwanger was. "Hij dwong me een abortus te ondergaan. Ik vond het verschrikkelijk, maar elk verzet was zinloos." Datzelfde najaar verdween Jane's moeder uit haar leven, omdat ze met een andere man in Londen ging samenwonen. 
Na de abortus kwamen Micks vrienden bijna nooit meer; ook hijzelf vergreep zich minder vaak aan haar. "Vanaf mijn 13e was ik sterker en durfde ik te zeggen dat hij van me af moest blijven. Hij vloekte, schreeuwde en sloeg me overigens nog wel volop."

Nachtmerries

Op haar 15e besloot Jane voorgoed van huis weg te lopen. In haar boek gaat ze uitvoerig in op wat ze daarna allemaal heeft meegemaakt (zie kader), en vertelt ze bijvoorbeeld hoe God een steeds grotere rol in haar leven ging spelen.

Kern en hoogtepunt van Jane vormt de laatste confrontatie met haar stiefvader. Sinds haar vlucht naar Londen had ze Mick nooit meer gezien – behalve in steeds terugkerende nachtmerries. "Op een dag in 2000 belde oma Vi, Micks moeder, me vanuit Londen. Ze vertelde dat hij op sterven lag en smeekte me te komen. Mijn eerste reactie was: 'Nou en, laat hem sterven; hij heeft me zo vreselijk veel pijn gedaan...' Maar omwille van haar – écht een lieve vrouw – heb ik hem toch opgezocht."

Longkanker

Toen ze Mick doodziek en lijkbleek in het ziekenhuisbed zag liggen, uitgeteerd door longkanker en tuberculose, pakte ze onwillekeurig zijn hand. 'Hij wist niet wat hij deed,' flitste het door haar heen. "Misschien was dat wel Gods stem...," peinst Jane. "Mijn stiefvader noemde me, voor het eerst, bij mijn naam, keek me aan en zei: 'Hallo lieverd, hoe is het met je kinderen?' Later zag ik tranen in zijn ogen. Hij zei: 'Ik ben bang.' 'Om te sterven?' vroeg ik. Hij knikte. 'Zal ik voor je bidden?' Hij geloofde niet in God, maar zei 'Ja'. 'Ik vergeef je,' zei ik. Ik voelde geen liefde voor hem, maar de haat was weg; medelijden kwam ervoor in de plaats. Ik bad hardop of God Mick wilde vergeven en in genade tot Zich wilde nemen. Dat gaf hem rust. Kort daarna viel hij in slaap." Na een gefluisterd 'Vaarwel' ging ze terug naar het vliegtuig. Een paar uur later hoorde ze dat hij was overleden.

Tijdens deze onverwachte 'ontknoping', werd een nieuw besef bij Jane geboren. "Opeens drong het tot me door dat God al die jaren – ook in de trapkast en tijdens het misbruik – mijn verdriet had meegevoeld. Hij móet bij me zijn geweest, anders zou ik gek zijn geworden. Terwijl ik voor de man bad die mijn leven jarenlang kapot had willen maken, durfde ik God ook voor de allereerste keer met Zijn diepste naam aan te spreken: Vader."

N.a.v. 'Jane', Jane Lasonder en Henk Stoorvogel, Voorhoeve, 236 blz., € 16,50.


Tekst: Gert-Jan Schaap
Beeld: Eljee

In vogelvlucht

Na de vlucht uit het huis van haar psychopathische stiefvader maakte Jane ongelofelijk veel mee. Haar eerste grote liefde, Eddy, overleed door een tragisch ongeval. Het kindje dat ze van hem verwachtte, verloor ze door een miskraam. Ze 'vluchtte' voor enkele jaren naar Israël, waar ze voor de tweede keer een gedwongen abortus onderging, toen ze zwanger raakte van een Joodse man, die het kind niet wilde. Met hem kreeg ze later alsnog een zoontje, dat een plotselinge wiegendood stierf. Uiteindelijk trouwde ze met de gelovige Nederlander Rob; samen kregen ze twee kinderen: Jesse en Hannah. Door drie jaar intensieve traumatherapie leerde ze haar verleden verwerken. Ondertussen groeide haar geloof in God, Die ze na veel strijd haar Vader leerde noemen. Tegenwoordig maakt Jane snel carrière als fotograaf. Met haar moeder heeft ze nog regelmatig contact, met haar broer sporadisch.

'Duizenden Jane's'

"In Nederland leven duizenden Jane's," zegt Jane Lasonder. "Daarom ben ik blij dat ik samen met Henk Stoorvogel mijn verhaal op papier heb kunnen zetten (inclusief schokkende details, red.). Om al die vrouwen – en trouwens ook mannelijke slachtoffers – te laten zien dat er met God altijd een nieuw begin mogelijk is, wat je ook hebt meegemaakt. Liefde overwint alles."

Doorpraten over dit onderwerp? Bel de afdeling Nazorg van de EO: 0900-6474849 (15 ct/min.).