Is het voor een kind met autisme eigenlijk wel leuk om op vakantie te gaan?
Tips van autismedeskundige Andrea Kleiweg
Het wegvallen van structuur kan ervoor zorgen dat ouders van kinderen met autisme tijdens de vakantieperiode voor grote uitdagingen staan. ‘Lege tijd’ is immers ‘kliertijd’. Is het voor een kind met autisme eigenlijk wel leuk om op vakantie te gaan? Ik ging in gesprek met Andrea Kleiweg, maatschappelijk werker en autismedeskundige.
Als moeder van meerdere kinderen met autisme en ADHD, voel ik me tijdens de zomervakantie vaak een -onervaren- lid van het animatieteam. Om een uur of zes ’s morgens gaan onze kinderen ‘aan’ en vanaf dat moment word ik onophoudelijk bestookt met vragen: “Mam, wat gaan we vandaag doen? Gaan we ergens heen? Mag ik eten? Ik verveel me, wat kan ik doen? Wilt u een spelletje doen? Mag ik…” Dat eindigt pas als ik ’s avonds de slaapkamerdeur met een diepe zucht van opluchting achter mij dichttrek.
Op vakantie met een kind met autisme
Met de vakantie voor de deur, vraag ik aan autismedeskundige Andrea Kleiweg hoe ik gezellig de vakantie door kan komen, zonder na zes weken ‘gillend gek’ te zijn geworden. “Mijn advies zou zijn om een dagplanning te maken,” zegt Andrea. “Want lege tijd is voor kinderen met autisme ‘paniektijd’. Deze kinderen hebben dan geen idee wat ze moeten doen en het ene kind zal dit uiten door heel druk te worden, een ander kind juist door zich in een hoekje terug te trekken”. Natuurlijk heb ik nu weer net niet de ‘in een hoekje teruggetrokken’ versie, maar stuiteren mijn kinderen luidruchtig het hele huis rond.
Prikkelvrij
Als ik mezelf de eerste vakantieweken door heb weten te worstelen en eindelijk versterking van mijn man krijg, komt het moment waar we allemaal naar uitzagen: onze gezinsvakantie naar Frankrijk. Elk jaar hoop ik dat mijn jongste zoon Daniël (tijdens het schrijven van dit artikel bijna 6) ook zal kunnen genieten van de vakantie, maar hij is het best in zijn element als hij gewoon thuis is. Doordat hij klassiek autisme heeft, is hij snel overprikkeld. Om tijdens de reis zo min mogelijk prikkels te hebben, reizen wij ’s nachts. De ervaring heeft geleerd dat de rit een stuk gezelliger is als hij in diepe rust is.
Voor de ouders die wél overdag reizen heeft Andrea de volgende tips: “Probeer tijdens de reis duidelijk te maken hoelang het duurt en wat ze onderweg kunnen verwachten. Neem spelletjes of boekjes mee en laat ze een filmpje kijken. Maak de rit zo voorspelbaar mogelijk. Het is ook goed om je af te vragen wat een verre reis je oplevert als iedereen daar zwaar overprikkeld aankomt.”
Brandende zon
Als wij na een lange, vermoeiende reis op onze bestemming in de Dordogne aankomen, treffen wij meestal stralend -zeg maar gerust bloedheet- zomerweer. Voor onze zoon zorgen de zon en de warmte voor twee sterke prikkels: met name de felle zon doet zeer aan zijn ogen en zorgt ervoor dat hij hoofdpijn krijgt. Hij blijft daardoor liever overdag in onze accommodatie en gaat pas naar buiten als de zon achter de bergtoppen verdwijnt. Ik zou het zo fijn vinden als hij ook kan genieten tijdens de vakantie en vraag Andrea hoe ik hem het beste kan helpen.
“Je kunt hem uitleggen dat hij meer last van de zon en het felle licht heeft dan andere kinderen en dat zijn huid gevoeliger is doordat hij autisme heeft, maar dat hij ook kan leren om hiermee om te gaan. In de hulpverlening noemen wij dat ‘grotten’: generaliseren, relativeren, oplossende taak of een hulpzin. Dat zou in dit geval kunnen zijn door hem de volgende zin eigen te laten maken: als wij in Frankrijk zijn dan is de zon fel en warm, maar dat kun jij aan, zeker als jij een zonnebril en een pet draagt. Dit is Frankrijk en dat hoort erbij.”
‘Grotten’
“Dit ‘grotten’ kun je op veel gebieden toepassen, ook bij kinderen die boos zijn”, legt Andrea uit. “Een jongetje uit mijn praktijk heeft geleerd om te zeggen: ‘Als ik mijn boosheid voel en mijn vuisten bal, ga ik naar boven om een Donald Duckje te lezen’. Zo kun je kinderen leren het leven te gaan leven en een beetje meer druk of een beetje meer zonlicht aan te kunnen. Je kunt aan een kind met autisme uitleggen dat er in zijn hoofd geen rechte paden zijn, zoals bij andere kinderen, maar kronkelige zandpaden, en dat hij daardoor gevoeliger voor geluiden en licht is dan andere kinderen, maar dat je dat kunt trainen. Je kunt tenslotte ook niet meteen vijftien kilometer hardlopen, dat moet je ook trainen.”
Een stadje bezoeken is voor onze zoon geen succes. Doordat er geen doel is, begrijpt hij het nut van slenteren niet. Daarnaast heeft hij last van de warmte en vele prikkels. Langer dan een half uur houdt hij het niet vol. Andrea: “Ook hier kun je het ‘grotten’ toepassen. Je legt je kind uit dat dit stadje nieuw voor je is en dat je wilt zien hoe de huizen zijn gebouwd en de daken eruit zien. Je zou hem een taak kunnen geven, zodat hij een actieve rol krijgt en afgeleid wordt.”
Zwemmen
In het zwembad gaat het vaak al snel mis. Na drie keer een spettertje water in zijn oog te hebben gekregen, houdt onze zoon het voor gezien. Met zijn handen op zijn oren geeft hij aan dat er te veel herrie is en de zon zeer doet. “Zou het niet een idee zijn om hem oordopjes te laten dragen in het zwembad? Dat scheelt alvast de overprikkeling van het gegil van andere kinderen”, suggereert Andrea. “Je kunt met een helpende zin komen en zeggen dat hij heel goed kan zwemmen met herriestoppers in en een duikbril op en daardoor langer in het zwembad kan blijven.”
Autismevriendelijke kidsclub
Daniël vindt het geweldig om met zijn oudere zus (tijdens het schrijven van dit artikel 7) samen naar de kidsclub van ons vaste vakantiepark te gaan, maar lang houdt hij dit helaas niet vol. Het is te druk en de muziek en het geluid van al die stemmen doen zeer aan zijn oren. Gelukkig hielp zijn herriefoon vorig jaar al iets.
“Sommige kidsclubs houden rekening met kinderen met autisme en kinderen die last hebben van overprikkeling. Voor deze kinderen is er een apart programma, zodat zij ook gewoon mee kunnen doen. Is er geen apart programma dan kun je heel duidelijk uitleggen wie, wat, waar, wanneer en hoe, zodat het voor hem duidelijk is hoelang het zal duren. Als hij dan terugkomt van de kidsclub en overprikkeld is, kun je hem het beste een tijdje laten ontprikkelen, voordat je ergens naartoe gaat. Het ene kind komt tot rust door met klei te spelen, een ander kind door te tekenen, als ouder weet je vaak het beste waar je kind rustig van wordt.”
Ik ben Andrea dankbaar voor haar waardevolle tips. Van grotten had ik zelf nog nooit gehoord, maar nu ik dit weet ga ik dit zeker toepassen! Ik hoop echt dat het op deze manier fijner wordt voor onze zoon, want als je kind geniet, geniet je als ouder ook! Als laatste gaf Andrea mij de tip om eens op de website van Geef me de vijf te kijken. Daar zijn gratis hulpmiddelen verkrijgbaar die je kunt downloaden voor thuis of op vakantie.
Beeld: Shutterstock
Lees ook: 'Ik heb 4 kinderen met autisme'
Geschreven door
Rita Maris