Sluit je aan

Inloggen bij eo

Praat je mee? Als je bent ingelogd, kun je reacties plaatsen en gesprekken volgen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

Ingrid en Geert in de draaimolen.
© Privébeeld Ingrid

Ingrid verloor haar twee­ling­broer: ‘Ben ik nog wel tweeling?’

9 december 2024 · 09:00

Update: 16 december 2024 · 09:41

Als tweeling zit je samen in de buik en groei je met elkaar op. Maar wat gebeurt er als je tweelingbroer of -zus overlijdt en je als tweelinghelft alleen achterblijft? Ingrid (32) verloor tien jaar geleden plotseling haar tweelingbroer door een bedrijfsongeluk en doet haar verhaal.

Ingrid is 22 jaar oud wanneer zij te horen krijgt dat haar tweelingbroer Geert is overleden op zijn werk. “Het is heel cru, want het was zijn laatste werkdag. Hij hoefde nog maar één klus te doen bij een ander bedrijf voordat hij naar huis kon gaan.” Maar bij dit bedrijf gaat het mis. Geert komt samen met een andere medewerker onder een wand van betonnen blokken terecht. Hij en de andere medewerker zijn op slag overleden.

Ingrid komt net thuis wanneer haar moeder het nieuwsbericht voorleest over het ongeval. “Er stond een ander bedrijf in het bericht, dus ik was eerst opgelucht”, vertelt Ingrid. “Maar toen kwam er een politieauto het erf oprijden en weet je genoeg.”

Tekst gaat verder onder de foto's.

Ingrid en haar tweelingbroer Geert
© Privébeeld Ingrid
Ingrid en Geert op een bruiloft.
© Privébeeld Ingrid

Dubbele identiteit

De band tussen een tweelingbroer of -zus is bijzonder, zo legt psychodynamisch therapeut Tanja van Dongen uit. Zij heeft onderzoek gedaan naar rouw en dubbele identiteit bij het verliezen van je tweelinghelft. “Als tweeling ben je nooit alleen geweest. Je bent samen gegroeid in de buik en je neemt dan al waar dat je niet alleen bent. Als tweeling ben je altijd onderdeel van het geheel.”

Wanneer ik een snoepje kreeg, vroeg ik of Geert dat ook mocht krijgen.

Dit is ook zo bij Ingrid en Geert. Ondanks dat zij soms in verschillende schoolklassen zitten en naar andere middelbare scholen gaan, blijven ze hecht. “We zochten elkaar altijd weer op.” De band met Geert was anders dan met haar andere zus en broer. “We maakten hetzelfde mee op hetzelfde moment: we zaten in dezelfde fase. We deden ook wel dingen zonder elkaar, maar we trokken vaak naar elkaar toe, ook onbewust. Je denkt veel aan en voor de ander. Wanneer ik een snoepje kreeg, vroeg ik of Geert dat ook mocht krijgen. Zelfs wanneer we ruzie hadden, vormden we één gezamenlijk front wanneer iemand tussenbeide wilde komen.”

Grote impact

Na het overlijden van Geert beseft Ingrid niet meteen wat de impact is van dit verlies. “Je staat vastgenageld aan de grond en je weet dan nog niet wat je moet denken. Ik wist al vrij snel dat ik hem wilde zien. Ook om te kunnen beseffen dat hij echt overleden was. Het was heel fijn om in die week bij hem te zijn en in diezelfde ruimte met vrienden en familie herinneringen op te halen. Het is een beetje gek om te zeggen, maar in die week heb ik ook leuke momenten meegemaakt. Je kunt niet 24 uur per dag huilen.”

Ben ik nog wel tweeling?

In het rouwproces moet ze ook haar eigen identiteit terugvinden. Iets wat veel voorkomt bij tweelingverlies, zo vertelt therapeut van Dongen. “Tweeling zijn is onderdeel van je identiteit, dus als jij je tweelinghelft verliest, verlies je ook een deel van jezelf.” Ook de vraag of je nog wel tweeling bent, komt in dit rouwproces vaak op. “Omdat het tweeling zijn zo fundamenteel hoort bij je eigen zijn, antwoordt men deze vraag vaak eerst met ‘nee’. Het is een zoektocht, maar vaak komt men er onderweg achter dat je bent geboren als tweeling – en dat dit niet is veranderd. Zelfs al is de ene helft niet meer fysiek aanwezig.”

Ik ben me er heel bewust van dat ik dingen écht alleen doe.

Deze vraag spookt ook bij Ingrid rond in haar hoofd. “Kon ik nog wel zeggen dat ik tweeling was?” Net na het overlijden heeft ze last van een schuldgevoel. “In het begin dacht ik weleens: waarom ben jij degene die is overleden en niet ik?” Waar Ingrid en Geert eerst als een geheel worden gezien, blijft Ingrid nu alleen achter. “Ik deed wel vaker dingen zonder Geert, maar nu ben ik me er heel bewust van dat ik dingen écht alleen doe. Voor mijn gevoel had ik altijd een back-up omdat hij er altijd was. Nu sta ik er alleen voor.”

Karaktereigenschappen overnemen

Ingrid moet haar eigen identiteit terugvinden. “Ik vraag mij soms nog steeds af: ben ik dit nu echt of is dit een karaktereigenschap van Geert? Als ik nu in de belangstelling sta, denk ik aan Geert, want hij was normaal degene die meer aanwezig was.”

Dit is bij tweelingverlies heel normaal, weet van Dongen. “Je bent bewust of onbewust bezig om je opnieuw te leren verhouden tot je tweelinghelft en het tweelingzijn. Dat kan fijn, maar soms ook verwarrend zijn.” Dit beaamt ook Ingrid: “Je past je karakter op elkaar aan en nu is er ineens ruimte voor mij om een bepaalde karaktertrek in te vullen. Ik moest mijzelf echt herontdekken. Voorheen wisselden we in situaties automatisch af wie er vooropging, nu neem ik die rol op me.”

Tekst gaat verder onder de foto's.

Ingrid en Geert, samen in de box
© Privébeeld Ingrid
Geert en Ingrid in de maxicosi
© Privébeeld Ingrid
Ingrid en Geert als kind, samen op één fiets
© Privébeeld Ingrid

Verlies tijdens de zwangerschap

Zelfs wanneer je je tweelinghelft tijdens de zwangerschap al verliest, kun je daar later nog last van kunt krijgen – het tweeling zijn, zit diepgeworteld. Van Dongen: “Je bent je in de buik al bewust van de aanwezigheid van een ander. Het zenuwstelsel ontwikkelt zich al vóór het hartje en dat neemt waar dat er eerst iets is en daarna niet meer.” Ze is zelf een alleengeboren tweelinghelft. Daardoor is ze onbewust in haar omgeving op zoek gegaan naar eenzelfde soort band die tweelingen hebben. “De onvervulbaarheid die erbij komt, is een terugkomend thema voor mij.” 

Tanja van DongenPsychodynamisch therapeut

De onvervulbaarheid die erbij komt, is een terugkomend thema voor mij.

Geloof in God

Tijdens het rouwproces kan Ingrid rekenen op veel steun van de dominee van haar kerk en zijn vrouw. Dit heeft haar erg geholpen om met haar geloof in God verbonden te blijven. “Mijn relatie met God is anders dan voor het verlies”, vertelt Ingrid. “Voorheen had ik een heel duidelijk beeld van hoe geloven eruitzag, en dat is nu anders. Voor mij draait het minder om strenge regels, maar meer om mijn relatie met God: die is nu veel persoonlijker.”

Ze heeft in die tijd ook veel fijne gesprekken met haar mentor op de christelijke leefgemeenschap De Wittenberg, zelfs al heeft hij ook geen antwoord geven op al haar vragen. “Natuurlijk heb ik weleens gedacht: waarom gebeurt dit? Maar ik besef ook heel goed dat je daar niet uitkomt. En zelfs al zou ik wel een antwoord krijgen, dan zal ik het nooit eens worden met dit antwoord, want ik heb mijn broer niet meer. Elk antwoord schiet tekort.”

Ultiem tweeling zijn

Nu, tien jaar later, gaat het goed met Ingrid, maar het verlies blijft altijd aanwezig. Bijvoorbeeld op haar verjaardag, die ze voorheen altijd met Geert deelde. “Dat is voor mij het ultiem tweeling zijn, maar nu is die verjaardag heel dubbel. Je merkt dat ook aan anderen die je wel willen feliciteren, maar niet weten of ze ook iets over Geert moeten zeggen. Ik heb dan liever dat ze gewoon wat zeggen, want dan is het eruit.”

Ingrid fantaseert weleens over hoe haar band met haar broer nu zou zijn. “Hoe zouden we dan met elkaar omgaan als we allebei uit huis zouden zijn en een eigen gezin zouden hebben?” Ze is aangesloten op het forum Tweeling Alleen, waar ze verhalen leest van mensen die hetzelfde zijn overkomen. Daar vindt ze erkenning. “Het is heel lastig om uit te leggen wat die tweelingband nu precies is. Je snapt het of je snapt het niet.”