Het verraad van Hilversum: propaganda bij de omroepen in oorlogstijd
22 augustus 2024 · 11:11
Update: 27 augustus 2024 · 12:29
Wat was de rol van de publieke omroep tijdens de Duitse bezetting gedurende de Tweede Wereldoorlog? De documentaire Het verraad van Hilversum, gemaakt door de Joodse redactie van de EO, schetst een onthutsend beeld van een nationale radio die wordt overgenomen door de nazi’s.
Dat de publieke omroep de afgelopen decennia een prominente rol heeft gespeeld in de verwerking van de gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog, staat voor Alfred Edelstein, eindredacteur Joodse Programmering, buiten kijf. “Dat verdient respect. Recente series als De Joodse Raad laten ons opnieuw stilstaan bij de verschrikkelijke gevolgen van de anti-Joodse maatregelen. Maar”, stelt Alfred, “publieke zenders besteden rondom dit onderwerp weinig aandacht aan zichzelf. Want wat deed de omroep eigenlijk in de periode 1940-1945? Welke rol speelden de omroepen bij de anti-Joodse maatregelen? Welke principes werden verloochend?”
Diepgravend onderzoek
Met het honderdjarig bestaan van meerdere omroepen dit jaar, leek het de Joodse redactie een passend moment om stil te staan bij het gedrag van de omroepen tijdens de periode van het nationaalsocialisme in Nederland. De documentaire Het verraad van Hilversum is gebaseerd op diepgravend onderzoek naar het populaire medium radio in een turbulente tijd, waarin het eeuwige gevecht tussen goed en kwaad centraal stond. De documentaire onderzoekt ook hoe de gevolgen van de medewerking door de omroepen doorwerkten ná 5 mei 1945. Edelstein: “Waarom hebben de omroepen eigenlijk nooit fundamenteel aandacht besteed aan hun eigen verleden? En welke verantwoordelijkheid dragen de huidige omroepen anno 2024?”
Nazi-propaganda
Even een tijdlijnschets: in de jaren dertig van de vorige eeuw groeide radio uit tot een massamedium met voor het eerst live nieuws en verslaggeving van bijvoorbeeld sportevenementen. In deze periode rukt in Duitsland het nationaalsocialisme op. Naziminister Joseph Goebbels zag al snel in dat radio bij uitstek geschikt was om miljoenen mensen te bereiken met propaganda. Na een effectieve aanpak in eigen land, wilden de nazi’s in alle bezette landen radio inzetten om hun boodschap te verspreiden.
Onthutsend beeld
De documentaire Het verraad van Hilversum schetst een onthutsend beeld van de omroepen vanaf de nazi-overname op 15 mei 1940. De documentaire toont hoe een voormalige hoorspelregisseur uit Breslau, Arthur Freudenberg, in zijn nieuwe rol als Sonderführer de omroepen AVRO, KRO, NCRV, VARA en VPRO onder zijn toezicht plaatste. Gedurende ruim vier jaar functioneerden de omroepbedrijven als een efficiënt nazi-propaganda-apparaat, met de volledige teloorgang van vrije nieuwsgaring als gevolg.
Censuur
“In de periode voor 1940 was er in Nederland al censuur”, vertelt journalist Piet Hagen in de documentaire. “De radiocommentator Meyer Sluyser bijvoorbeeld ging voor de VARA in 1933 op reportage naar Duitsland. Hij beschreef wat er gebeurde en sprak over de afschuwelijke Jodenvervolging die daar aan de gang was. Maar toen greep niet de Duitse, maar de Nederlandse censor in. Ze mochten wel zeggen dat de Joden naar Nederland vluchtten, maar niet dat ze vreselijk vervolgd werden. Duitsland was volgens hen namelijk een bevriende natie en Nederland moest zich neutraal opstellen.”
Diezelfde ‘bevriende natie’ viel op 1 september 1939 Polen binnen. De eerste stap naar een nieuwe wereldoorlog. Arthur Freudenberg kreeg kort daarna vanuit Berlijn het bevel om zo snel mogelijk de Nederlandse radiostations over te nemen.
Vriendelijke rondleiding
“Ze hebben een vriendelijke rondleiding gekregen van het AVRO-personeel”, zegt recensent Henk van Gelder in de documentaire. “Vervolgens hebben de Duitsers de macht overgenomen zonder dat er ook maar één traan vloeide of één druppel bloed is vergoten. De Duitsers waren bang dat de omroepmedewerkers de zendmasten onklaar zouden hebben gemaakt. Dus ze hadden wat extra apparatuur meegenomen zodat ze meteen konden gaan uitzenden. Maar dat was niet nodig, alles werkte nog. De Duitse autoriteiten waren eigenlijk verbaasd over de medewerking die ze van het omroeppersoneel in Nederland kregen.”
Amusement
“De omroepen hadden er natuurlijk belang bij om door te kunnen gaan met uitzenden en zo de band met hun leden te behouden”, stelt voormalig directeur VPRO-radio Jan Haasbroek even later. “En de Duitse bezetter wilde de rust bewaren. Waar ze elkaar natuurlijk vonden, was in het amusement. De Duitsers hadden wel door dat er in de oorlog voldoende vermaak beschikbaar moest blijven. Dat vonden Nederlandse omroepen ook, dus het amusementsorkest en het cabaret bleven gewoon bestaan.”
Joodse medewerkers
Tot maart 1941 functioneerden de omroepen als zelfstandige organisaties onder censuur. Daarna werden ze gedwongen samen te werken als De Nederlandsche Omroep, met een duidelijk nazistische doelstelling. Het verraad van Hilversum gaat in op vragen als: Wat was het effect van deze propagandistische programmering? Hoe probeerden de omroepen hun ondergang te voorkomen? En welke omroepen ontsloegen snel hun Joodse medewerkers?
Het verraad van Hilversum
Dit artikel hoort bij het programma
Het verraad van Hilversum