'Het kopen van een helm voelt als het kopen van mijn allereerste beha'
gisteren · 14:08
Update: gisteren · 14:20
“Jullie zijn nu zestig”, deelt onze oudste zoon ons mee. “Zouden jullie alsjeblieft helmen kunnen kopen?”
“Helmen?”
“Fietshelmen. Weet je hoe gevaarlijk het is als je van je fiets valt?”
Ja, dat weet ik wel. Dat heb ik twee jaar geleden nog gedaan, en ik heb er mijn bekken bij gebroken. Daar zou een helm me niet bij geholpen hebben. Maar ik moet toegeven dat ik bij die val niet alleen op mijn bekken terechtkwam, maar ook een beetje op mijn hoofd, en dat de alarmbellen van de dokters vooral gingen rinkelen toen ik dat zei. Je hersens zijn nogal kwetsbaar, en ik vind het heel verstandig als andere mensen fietshelmen dragen, maar zelf ben ik nog niet in de verleiding gekomen. Want ik wil er niet uitzien als een middelbare vrouw met een niet-coole helm.
Oudste zoon laat zich niet afschepen. “Het maakt niet uit hoe je eruitziet, mam. Niemand kijkt naar je.”
“En je bent toch al getrouwd”, voegt zoon nummer twee eraan toe.
Het lijkt of we zijn toegetreden tot een nieuwe club
Oudste zoon kan behoorlijk volhardend zijn als hij dat wil (“ik maak me erg ongerust als jullie zonder helmen fietsen”), en na een week ga ik overstag. Oké, oké. We gaan naar de fietswinkel. Het kopen van een helm voelt voor mij als het kopen van mijn allereerste beha: als een rite de passage. Je gaat een grens over en je kunt nooit meer terug.
Een behulpzame, jonge verkoper komt op ons af. “Wat voor helm wilt u?” vraagt hij.
“Een beetje cool”, zeg ik. “Dat we er niet al te oud uitzien.”
Dick rolt met zijn ogen, maar de verkoper gaat op zoek naar zijn coolste helmen. Het blijkt een onbegonnen missie. Het probleem zit hem niet zozeer in de helm zelf, maar in onze hoofden. Die zijn oud. Maar als we de winkel uit gaan, zijn we allebei in het bezit van onze allereerste fietshelm, en we zetten ze maar meteen op ons hoofd, want waar moet je ze anders laten. Het is alsof we zijn toegetreden tot een nieuwe club. Die van de verantwoordelijke fietsers. Een zekere trots maakt zich van ons meester.
“Zie je die ouwe mensen?” zeggen we tegen elkaar. “Niet eens een helm. Zo gevaarlijk!”