God geeft rust? Soms juist niet...
12 juni 2020 · 07:30
Update: 15 november 2024 · 13:10
‘U geeft rust’, hoorde en zag Alain mensen uit de breedte van de Nederlandse kerken zingen. Hij werd er niet rustig, maar juist onrustig van en legt uit waarom.
De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.
Ik vind het echt een fantastische prestatie, ‘U geeft rust’. Een professioneel opgenomen, catchy nieuw lied waaraan tientallen kerkelijke gemeenschappen meewerkten. Van DoorBrekers tot een Oud Gereformeerde Gemeente, allemaal zongen ze hetzelfde lied. Voor zo’n eenheidsproject neem ik mijn hoed af, en nu volgen de kritische noten. Niet om de zure theoblogger uit te hangen, maar omdat het ertoe doet wat christenen uitstralen. Zeker in een setting waarin ze eensgezind dezelfde tekst uit hun mond laten klinken.
Boodschap van individuele rust
Over welke liedtekst konden ze het eens worden? Lees het geheel hier. Samenvatting: God geeft rust, zeeën, bergen en stormen moeten mijn ziel niet kunnen deren, want, nogmaals, God geeft rust. Refo, katho, en pinkster, eensluidend bezongen ze deze christelijke boodschap van individuele rust, door God gegeven. Het is jammer voor mij dat ik mijn geloof hierin niet herken (voor rust heb ik wandelingen met de hond, een glas whisky of een mooie film). Gelukkig kan ik dat spirituele gebrek van mijzelf aardig beredeneren.
Het geloof in God móét volgens mij niet altijd individuele rust geven. God is degene die mij herinnert aan mijn gebreken, mij oproept tot discipelschap en een beter leven, mij afhoudt van de valse houvasten waaraan ik mij dagelijks vastklamp. Mijn God is vaker confrontatie dan sussende troost, eerder een roep om recht dan een aai over de bol, meer een wekker dan een slaapliedje. Dat maakt van ‘U geeft rust’ niet ineens een waardeloos lied, maar het toont wel aan dat ons huidige christendom als geheel een nadruk legt die ik liever anders zou zien.
Rust met een prijs
De Bijbelse bron voor ‘U geeft rust’ is Psalm 62. Die begint inderdaad als volgt: ‘Alleen bij God vindt mijn ziel haar rust’. Ook later komt die rust terug: ‘Zoek rust, mijn ziel, bij God alleen’. Dat sluit naadloos aan bij ons nieuwe lied. Maar de Bijbelse rust komt met een prijs, een politieke oproep, misschien zelfs een voorwaarde. Wie de rust uit deze Psalm wil, moet in de coupletten ook langs enkele scherpe verwijten navigeren.
‘Vertrouw niet op geweld,
op iets vluchtigs als geroofd bezit,
ook al groeien geld en goed,
houd je hart ervan vrij.’
Ik had de kerk daar weleens over willen horen in coronatijd. Het was bij uitstek een crisis waarin de maatschappij alles moest heroverwegen. Wat vinden we écht belangrijk, is er waarde die groter is dan financiële waarde, moeten we het ideaal van de economische groei wel aanhouden?
De Psalmzanger die ons de rust van God belooft, laat het in de tussentijd niet na om dat soort vragen aan de orde te stellen. En te sneren naar geweld en geroofd bezit – onwillekeurig associeer ik die zinspelingen in juni 2020 direct met de omvergehaalde standbeelden van ‘helden’ uit ons koloniale verleden. Met rust in mijn ziel hebben de nieuwe Black Lives Matter protesten (die overigens na de publicatie van het nieuwe kerklied begonnen) weinig te maken.
Ik hoop dat veel christenen er juist wat slechter van zullen slapen, want ook onze traditie en instellingen hebben een rol in het in stand houden en tot stand komen van maatschappelijk en systematisch racisme.
Zou dezelfde Psalm 62 ook iets over de dood van George Floyd te zeggen hebben?
‘Hoe lang nog vallen jullie aan op één man
en bedreigen jullie hem met de dood?
Hij is als een muur die omvalt,
als een wal die op instorten staat.
Zij willen hem van zijn hoogte storten,
de leugen is hun lust en hun leven,
een zegenwens ligt op hun lippen,
maar in hun hart verbergt zich een vloek.
Zoek rust, mijn ziel, bij God alleen.’
Het wordt toch een heel andere Psalm, hè, als je de coupletten erbij neemt.
Gelukkig zijn de treurenden, want zij zullen getroost worden. Gevleugelde woorden van Jezus, en de kerk moet dus zingen van rust, troost en heling. Maar waar getreurd wordt, wordt vaak ook onrecht begaan. Het is dweilen met de kraan open als de christenen daarover zouden zwijgen.
Alleen pleisters voor de wonden?
Gods rust is er voor de machtelozen, Gods onrust is er voor hun onderdrukkers. Is de kerk nog moedig genoeg om naast a ook b te zeggen? Durven we nog de strijd aan met onrecht in de maatschappij, of bieden we alleen pleisters voor de wonden? Jezus roemde de Barmhartige Samaritaan, maar niet voordat hij duidelijk vertelde dat er een reiziger was beroofd en verwond – en dat heel gelovige mensen daar met een boog omheen liepen. ’s Nachts baden zij misschien weer om rust in hun ziel.
Ik geloof best in een kerk die zalft, maar meer nog in een kerk die preekt. Zo belerend en bevindelijk en drammerig als dat maar moge zijn, met een priemende vinger naar het onrecht in de samenleving, het onrecht in ons verleden, het onrecht in mijn ziel. Wat mij betreft mogen we onze rust pas vinden als we die kant van het christendom hebben herontdekt.