Sluit je aan

Inloggen bij eo

Praat je mee? Als je bent ingelogd, kun je reacties plaatsen en gesprekken volgen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

Op de afbeelding staat een blond jongetje met een bril op. Hij zit op een bankje met zijn broodtrommel naast zich. Hij eet een appel en heeft een banaan vast.
© Rita Maris

'Die gezonde broodtrommel op school? Voor mijn kind gaat dat niet werken'

11 mei 2023 · 14:49

Update: 14 september 2024 · 21:14

Frikandelbroodjes, ham-kaascroissants en chocoladerepen: in deze ongezonde gewoontes van scholieren wil het programma Gezonde Scholen verandering aanbrengen. Voor sommige kinderen is het echter van levensbelang om zelf de regie te houden over hun broodtrommel, schrijft Rita Maris.

“Als er op school eisen worden gesteld aan het eten van mijn achtjarige zoon met autisme, zou hij zo erg blokkeren, dat hij niet meer naar school kan.”

Dat niet iedereen een gezonde leefstijl meekrijgt - of dat niet elk kind zich houdt aan de gezonde leefstijl die het vanuit huis meekrijgt - zie je al gauw bij een inspectierondje langs de broodtrommels van scholieren. Je vindt er niet alleen het geliefde witte bolletje met chocoladepasta of hagelslag, maar ook boterhammen met koude patat, zakken chips, ham-kaascroissants, gyrosbroodjes en cupcakes.

Zo herken je een eetstoornis bij je kind

Vraag nu gratis ons e-book aan, vol praktische tips en handvatten voor ouders en opvoeders!

Lees onze privacyverklaring.

Dat deze eetgewoontes niet zonder gevolgen blijven, bewijst het aantal jonge Nederlanders met overgewicht. In 2022 was 11,5 procent van de 4- tot 12-jarigen te zwaar en 13,8 procent van de 12- tot 18-jarigen. Natuurlijk lopen de redenen om overgewicht te ontwikkelen uiteen, maar een groot deel van deze kinderen is gebaat bij een gezondere leefstijl.

Programma Gezonde School

In de strijd tegen overgewicht sluiten steeds meer scholen zich daarom aan bij het Programma Gezonde School. Dit probeert met een speciaal stappenplan de jeugd een gezonde leefstijl aan te leren. Lessen over voedsel en koken maken hiervan onderdeel uit. Ook mag de inhoud van de broodtrommel op steeds meer scholen alleen nog gezonde voeding bevatten, mag er alleen water worden gedronken en zijn er enkel gezonde tussendoortjes en traktaties toegestaan.

Honderden scholen gaan zelfs nog een stapje verder; zij verzorgen zowel een ontbijt als een lunch. Dit doen ze omdat ze ervan overtuigd zijn dat elk kind in de groei een goed ontbijt en een gezonde lunch nodig heeft om te kunnen leren, sporten en spelen. Momenteel wordt er zelfs op zo’n zeshonderd scholen in Nederland een gezonde warme groentenlunch (vegetarische pasta-, rijst- en aardappelgerechten boordevol groenten) aangeboden. Zo krijgt elk kind de juiste voedingsstoffen binnen om de lessen geconcentreerd te kunnen volgen. Een mooie ontwikkeling; het is belangrijk dat geen enkel kind met honger op school zit en dat alle kinderen goed gevoed en gezond kunnen opgroeien.

Kinderen met ARFID durven niet meer naar school als zij hun eigen broodtrommel niet mogen meenemen

Toch wordt deze nieuwe ontwikkeling niet door elke ouder met gejuich ontvangen. Een grote groep ouders wil de regie over de broodtrommel van hun kinderen houden. Ze vinden de inmenging van het Voedingscentrum en de overheid maar niks. Ook zijn er ouders die de eigen bijdrage voor het eten dat op school wordt aangeboden niet kunnen betalen. Ze zijn goedkoper af wanneer zij zélf voor het eten van hun kinderen kunnen zorgen. Daarnaast zijn er kinderen die een speciaal dieet volgen of te maken hebben met voedselallergie. Voor deze groep kinderen wordt gelukkig probleemloos een uitzondering gemaakt.

Er zijn echter ook kinderen met autisme, AD(H)D, hooggevoeligheid of hoogbegaafdheid, die moeite hebben met eten. Een deel van hen heeft zulke ernstige eetproblemen dat zij de eetstoornis ARFID hebben ontwikkeld. ARFID staat voor Avoidant Restrictive Food Intake Disorder. Dit betekent zoveel als vermijdende/minimale voedselinnamestoornis. In Nederland zijn er naar schatting ruim 150.000 kinderen met de eetstoornis ARFID. Zestig procent heeft autisme. Deze kinderen eten vaak al van jongs af aan heel selectief of maar een paar hapjes per maaltijd.

Veilig-eten-lijstjes

Nieuwsberichten over gezonde scholen en een verplichte gezonde lunch, bezorgen ouders van kinderen met de eetstoornis ARFID (en autisme) een knoop in hun maag. Deze kinderen geven aan niet meer naar school te durven als zij hun eigen broodtrommel niet meer mogen meenemen. Of als het eten van hun - vaak zeer korte - ‘veilig-eten-lijstjes’, niet meer gegeten mag worden op school. Het idee dat deze regels worden doorgevoerd op de scholen waar hun kinderen op zitten, geeft ouders veel stress en zorgen.

Als dit soort regels namelijk voor het eten van hún kinderen zou gelden, zou dat betekenen dat zij niet meer op school kunnen eten. Deze kinderen hebben elke hap die zij kunnen eten juist hard nodig om nog enigszins te kunnen functioneren, de sondevoeding buiten de deur te kunnen houden en een ziekenhuisopname te kunnen voorkomen. Als hier een maaltijd van af zou vallen, gaat het qua gezondheid met hen snel achteruit. Voor deze ouders is het vaak al een enorme zorg om er dagelijks voldoende eten in te krijgen. Bruinbrood met gezond beleg, groenten, fruit en zelfs water is zonder professionele hulp nog een stap te ver.

Hij eet al drieduizend avonden op rij hetzelfde bruinebonenpotje voor kinderen van zes maanden"

Zelf heb ik helaas ook ervaring met de eetstoornis ARFID. Mijn oudste zoon at tien jaar lang alleen witbrood met hagelslag. Wat wij ook probeerden, wie we ook om hulp vroegen: pas toen hij onder behandeling ging in een gespecialiseerd expertisecentrum voor kinderen met de eetstoornis ARFID, leerde hij over zijn angst om iets nieuws te proeven heen te stappen en zijn veilig-eten-lijstje uit te breiden.

Ook onze jongste zoon (8) heeft ARFID. Hij heeft autisme en is overgevoelig voor de sensorische kenmerken van eten. Daarnaast is hij buitenproportioneel bang om iets nieuws te proeven. Je zou het kunnen zien als een extreme vorm van 'neofobie', angst voor nieuw voedsel. Hierdoor eet hij al drieduizend avonden op rij hetzelfde bruinebonengroentenpotje voor kinderen van zes maanden en heeft hij maar vijf producten en één soort drinken op zijn veilig-eten-lijstje staan, ondanks de eettherapie die hij al jaren heeft gehad. Hij heeft nog nooit groenten, fruit, patat, pizza, pannenkoeken, broodjes, snoep of iets dergelijks gegeten. Als er op school eisen zouden worden gesteld aan zíjn eten, zou hij zo erg blokkeren, dat hij niet meer naar school kan. Gelukkig zit hij op speciaal basisonderwijs en houdt zíjn leerkracht rekening met zijn eetproblematiek.

Eten onder dwang

Er zijn helaas ook kinderen die minder geluk hebben. Omdat de eetstoornis ARFID nog zo onbekend is, wordt vaak gedacht dat kinderen met deze eetproblemen niet consequent zijn opgevoed. En dat dit eetgedrag een uiting is van verwend gedrag. Veel mensen denken dat door de druk op te voeren, deze kinderen vanzelf gaan eten. Er zijn leerkrachten die denken ‘dit varkentje wel even te kunnen wassen’. De angst om de regie in de klas te verliezen, wanneer wordt toegestaan dat kinderen nog wél hun eigen ongezonde eten kunnen meenemen naar school, overheerst.

Het is belangrijk dat er meer kennis van eetstoornissen zoals ARFID wordt verspreid op scholen, zodat leerkrachten weten dat ouders nooit de reden zijn van het ontstaan van deze eetstoornis. Dit ontstaat namelijk vanwege een overgevoeligheid voor de sensorische kenmerken van eten - iets wat je vaak terugziet bij mensen met autisme, AD(H)D, HSP en hoogbegaafdheid. Een andere oorzaak is een gebrek aan interesse voor eten - dat kan doordat de hongerprikkel ontbreekt -, of dat er een angst is voor de aversieve gevolgen van eten, dit kan voorkomen na een traumatische eetervaring.

Het is daarom belangrijk dat kinderen met eetproblemen, zoals ARFID (of autisme) gewoon hun eigen (vaak ongezonde) safe-food naar school mogen meenemen, zodat ook zij kunnen blijven functioneren en zich veilig voelen op school en rond de eetmomenten. Het leren lusten kan voor deze kinderen beter worden overgelaten aan gespecialiseerde zorgprofessionals met kennis van ARFID.

Lees hier meer over de eetstoornis ARFID