‘De middag van ’44' over de zwartste dag uit de Tweede Wereldoorlog
22 februari 2024 · 19:40
Update: 22 februari 2024 · 19:47
Het is 22 februari 1944. Nederland is bijna vier jaar in oorlog, en niets wijst erop dat de bevrijding nabij is. In Nijmegen proberen ze er ondanks die Duitse bezetting het beste van te maken. Maar dan vallen er midden op de dag bommen op de binnenstad. Hierbij komen bijna 800 mensen om het leven. In de documentaire 'De middag van ’44' neemt presentator Kefah Allush de kijker mee in de spannende en dramatische uren vlak vóór en vlak na het bombardement.
Op verschillende locaties in Nijmegen brengt De middag van ’44 met behulp van indrukwekkende digitale visualisaties het verhaal van die dramatische middag tot leven, van uur tot uur. Daarnaast komen in deze documentaire ooggetuigen aan het woord die als kind dit bombardement hebben meegemaakt. Deze verhalen maken diepe indruk op Kefah die geboren werd in de Palestijnse stad Nablus. "Het was confronterend. Op het moment dat we deze opnames in Nijmegen maken, vallen er ver weg bommen op mijn geboortegrond. Om met het verdriet daarover het verhaal te vertellen van het bombardement op Nijmegen, is intens. Het verbindt mij op bijzondere wijze met de mensen die het tachtig jaar geleden hebben meegemaakt."
Mislukte missie
Het Plein 1944 in het hartje van de stad Nijmegen herinnert nog altijd aan de ravage die Amerikaanse bommen die 22 februari aanrichtten. De piloten hebben die dag eigenlijk als missie om het Duitse Gotha te bombarderen. Maar omdat het hoofddoel niet kan worden geraakt, kiezen ze ervoor om met een gelegenheidsbombardement de vijand alsnog een belangrijke slag toe te brengen. De Amerikanen richten zich daarom op een spooremplacement om zo de wapentransporten van de Duitsers tegen te houden.
Maar de Amerikaanse piloten zijn onervaren, en het zicht die dag is erg slecht. Onbedoeld wordt ook het centrum van Nijmegen zwaar getroffen. Bij dit bombardement vallen bijna 800 slachtoffers en duizenden gewonden. Honderden gebouwen worden verwoest. De telefoniste van de politiedienst, die verantwoordelijk was voor noodhulp, komt tijdens het bombardement eveneens om het leven. Hierdoor komt de hulpverlening erg laat op gang.
Kleuterschool
Ook de Montessori-kleuterschool in de binnenstad wordt vrijwel geheel weggevaagd. De kinderen krijgen daar les van de Zusters van J.M.J., nonnen van een katholieke congregatie. Vierentwintig kinderen en acht zusters komen die middag om het leven. Addy Hendriks-Gerrits (1939), destijds een kleuter, is die ochtend ook op school. Wonder boven wonder overleeft zij het bombardement – haar 3-jarige broertje Jopie niet. Ooggetuige Addy vertelt in deze documentaire over die dramatische middag in 1944.
Jopie
“Ik weet het nog goed”, zegt Addy. “Nadat we ontbeten hadden, zei ik tegen mijn broertje: ‘kom Joop, opschieten!’ Ik wilde snel naar school, want ik had een mooi kralensnoer van mijn oma gekregen. Dat wilde ik natuurlijk graag aan mijn vriendinnetjes laten zien. Jopie had eigenlijk helemaal geen zin om naar school te gaan. Maar ik haalde hem over en zei: ‘Kom maar, dan kun je daar fijn met de blokken spelen.’ Had ik dat maar nooit gezegd.”
Later is alleen een stuk van zijn schoentje teruggevonden
Jopie gaat alsnog mee naar school. “Ik vroeg aan de zuster: ‘Mag ik mijn kralensnoer mee naar binnen nemen?’ Dat mocht niet, ik moest het in de gang aan de kapstok hangen. Ik heb Jopie toen nog even geholpen met zijn blokkentoren. Hij zat lekker te spelen.”
Schreeuwen
Addy hoort het luchtalarm de hele ochtend afgaan, maar tegen de middag wordt het signaal ‘veilig’ gegeven. Om onduidelijke redenen gaat het luchtalarm niet opnieuw af wanneer een aantal vliegtuigen enkele minuten later terugkeren in het Nijmeegse luchtruim. Addy is nét in de gang om haar kralenketting op te halen wanneer ze ineens omver wordt geblazen door de krachtige luchtdrukverplaatsing van de bom. “Na die klap was alles doodstil en donker. Hoelang dat duurde, weet ik niet meer. Eén voor één werden we uit het puin gehaald.” Addy blijft schreeuwen om haar broertje. “Ik heb lange tijd buiten op de stoep gezeten. Ik dacht: ik wacht hier totdat Jopie komt. Maar hij kwam natuurlijk niet. Later is alleen een stuk van zijn schoentje teruggevonden. Had ik Jopie maar meegenomen naar de gang, dan had ik hem misschien nog kunnen redden.”
Onschuldige slachtoffers
“De middag van ‘44 is inmiddels tachtig jaar geleden, maar de waanzin van de oorlog is ook nu nog aan de orde van de dag”, besluit Kefah. “In het Midden-Oosten, Oekraïne en in Afrika. Altijd en overal vallen er onschuldige slachtoffers. Opa’s oma’s, vaders en moeders. En kinderen. Zoals Jopie.”
'De middag van '44'
De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.
Dit artikel hoort bij het programma
De middag van '44