Column Martine: ‘Mensen dragen vaak van jongs af aan lasten die niet van hen zijn’
22 maart 2024 · 10:35
Update: 22 maart 2024 · 15:25
Martine is getrouwd met Erwin en moeder van drie zonen in de jongvolwassen en puberleeftijd. Ze is werkzaam bij Spectrum: een therapie, trainings- en opleidingsinstituut. Voor Eva schrijft ze over wat haar opvalt en bezighoudt in het leven.
Kies iets wat symbool kan staan voor een last die je draagt die niet van jou is.
Dit symbool draag je vanaf nu bij je.
Verbind je ermee en neem het mee bij alles wat je doet.
De opdracht klinkt na in de grote zaal, er wordt wat heen en weer geschoven op stoelen en mensen beginnen ongemakkelijk om zich heen te kijken. Samen met mijn collega's begeleid ik een driedaagse training. Met 80 deelnemers werken we deze dagen het thema ‘genade’ door. Binnen dit programma staan we stil bij het belang van het innemen van je eigen plek en het dragen van je eigen lasten. We werken daarbij in de directe ervaring. Want praten over lasten en wat we moeilijk vinden kunnen we vaak heel goed, maar aan je lijf ervaren hoe dat is, levert een heel andere leerervaring op.
Kinderen dragen vaak van jongs af aan lasten die niet van hen zijn. Lasten die ze over hebben genomen van hun ouders, en soms zelfs van generaties daarvoor. In je volwassenheid kun je leren onderscheiden welke lasten daadwerkelijk van jou zijn en er werk van maken om dat wat je meedraagt, en wat niet van jou is, terug te geven. Deze afbakening levert gezonde grenzen en een bepaalde mate van rust en vrijheid op. Een (gezins)systeem komt tot rust als ieder zijn rechtmatige plek inneemt en zijn eigen lasten draagt.
En dus lopen er vanaf dat moment 80 mensen met een symbool voor ‘hun last’ rond. Het levert een indrukwekkend beeld op. Mensen die rondlopen met zware stenen, takken, prullenbakken, grote voorwerpen. Mensen die kleine symbolen meedragen, stevig vasthouden of op hun lijf hebben bevestigd. Mensen die hun last trots dragen, openlijk laten zien en mensen die het proberen weg te moffelen of er ongemakkelijk mee zijn. Iedereen doet een ervaring op rond het thema: wat draag ik eigenlijk en hoe doe ik dat?
Het levert een indrukwekkend beeld op. Mensen die rondlopen met zware stenen, takken en prullenbakken
Ze heeft een tak gekozen. Een grote, stekelige tak. Ze sjouwt ermee rond, doet zich er zeer aan, ergert zich…Het ding zit in de weg, ze kan haar handen niet vrijuit gebruiken, best lastig als je je brood wilt smeren of naar de wc moet. In eerste instantie werd ze lacherig van de opdracht, ook best een beetje gek om zo met een tak rond te gaan lopen, maar ze wordt er meer en meer door geraakt. Boos en verdrietig is ze. Zó kent ze het uit haar leven, wat heeft ze veel moeten sjouwen.
Die middag staat ze in een familie opstelling tegenover haar ‘ouders’, representanten die in dit geval de positie van haar vader en moeder vertegenwoordigen. Haar last in haar handen. Het kost haar moeite om het terug te geven. Het is haar zo vertrouwd. Alles in haar lijf verkrampt.
Ik vraag haar om te ademen en we nemen de tijd zodat ze terug kan keren in haar lijf. Dan zegt ze me na:
“Ik heb uit liefde jouw angst voor het leven gedragen mama, maar die angst is niet van mij.
Ik geef het je terug”.
Even verstevigt ze haar grip op de tak. Dan legt ze deze behoedzaam in de handen van haar ‘moeder’. Als ze achteruit stapt kijkt ze naar haar handen. Geschramd en ruw. Stille getuigen van de last die ze droeg.
Dan huilt ze. Diepe, diepe tranen.
Eindelijk haar eigen, genadige tranen.