Column Hanneke: ‘Gelukkig zijn er lichtpuntjes die de zwemles iets draaglijker maken’
25 april 2022 · 15:32
Update: 15 november 2024 · 10:56
Zoals vrijwel elke ouder, heeft Hanneke een hartgrondige hekel aan zwemles. Gelukkig zijn er zelfs in deze ellende lichtpuntjes te ontdekken.
Veel aspecten van het moederschap ontdek je pas wanneer je er middenin zit. Niemand kan je écht vertellen hoe een bevalling voelt, tot je er zelf een heb meegemaakt. Geen pen kan echt goed beschrijven hoe het is om op de meest onzalige tijden en meerdere keren per nacht gewekt te worden door een kind dat je nodig heeft. Het gevoel dat je als moeder hebt wanneer je kind ziek is, de bezorgdheid die je dan beheerst, is onbegrijpelijk als je het niet zelf ervaart.
Een andere ervaring in deze categorie is: De Zwemles. Niemand die je daarop voorbereidt. Als alle ouders dit van tevoren zouden weten, zou het kindertal schrikbarend afnemen en de Nederlandse bevolking algauw met uitsterven bedreigd worden.
Niemand die je voorbereidt op De Zwemles
De warmte die je tegemoetkomt als je in je dikke zware winterjas naar binnen stapt.
De vochtige chloorlucht.
Het schreeuwen en gillen van al die kinderstemmen die tegen de muren weerkaatsen.
De altijd net iets te volle kleedkamer.
Waterschoenen die aan moeten maar iedere vorm van medewerking weigeren.
Dan laat ik de stress om op tijd te komen, het bibberende kind dat aangekleed moet en te veel plakt om in de spijkerbroek te krijgen, de sokken op de natte kleedkamervloer en de gruwelijke plastic overschoentjes nog achterwege.
Lichtpuntjes
Gelukkig zijn er kleine lichtpuntjes die dat jaar, halfjaar, die twee jaar of hoe lang kindlief er ook over doet om het felbegeerde diploma binnen te slepen, toch net draaglijk maken. Bij mij zijn dat Jut en Jul, twee collega-zwembadmoeders met voor deze gelegenheid gefingeerde namen.
Toen ik ruim twee jaar geleden voor het eerst zwembadmoeder was, kwam ik hen twee keer per week tegen. Hun kroost en het mijne zwommen op dezelfde tijd en dag en zodoende had ik alle tijd hen te observeren. Dat kostte weinig moeite, want ze hadden het bijzonder gezellig en waren tot op ruime afstand goed verstaanbaar. Terwijl mijn peuter zich vermaakte met een kleurboek en krijtjes, vermaakte ik mij door hun gesprekken te volgen. Zo leerde ik van alles over ze.
Zondig als mijn aard is, begon ik ook al snel een oordeel over ze te vormen. Over hun luidruchtigheid natuurlijk en over de namen van hun kinderen en de dingen waarover ze zich, getuige hun gesprekken, kennelijk druk maakten.
Afscheid
Na verloop van tijd hadden mijn jongens hun A en B op zak. Dat leek mij een mooi moment om afscheid te nemen van het zwembad. Dat dit ook een afscheid betekende van Jut en Jul realiseerde ik mij pas later. Ik vroeg mij weleens af hoe het met ze ging en, maar zag hen sindsdien niet meer.
In januari startte mijn dochter met zwemles. Dat ging iets relaxter dan de vorige keer, want ik hoefde nu maar één kleumend en vochtig kind in kleren te hijsen in plaats van twee, en het tijdstip was ook wat gunstiger. In principe was ik dus goedgemutst die eerste les na de kerstvakantie.
Maar terwijl ik die eerste les uitzat, besefte ik ineens dat er iets – of eigenlijk iemand – miste; Jut en Jul. Het afscheid was dus toch definitief, zo bedacht ik weemoedig. Totdat de week erop ineens Jut in het zwembad verscheen. Mijn hart maakte een sprongetje. Ik kon haar moeilijk om de nek vliegen en zeggen: ‘Hé Jut! Ik heb het afluisteren van je gesprekken zo gemist!’ Behalve dat ik haar echte naam niet kende, leek het opbiechten van mijn afluisterpraktijken ook niet direct nodig. Ze herkende mij zowaar en we maakten een praatje. Daar bleef het bij en bij gebrek aan Jul moest ik toch nog mijn gebruikelijke vermaak tijdens de zwemlessen missen.
Ik heb het afluisteren van je gesprekken zo gemist!
Het zal dan ook niemand verbazen dat de week erna mijn hart geen sprongetje, maar een uitbundig dansje maakte toen daar onverwacht ook Jut ten tonele verscheen. Bleken we zowaar alle drie nog een kind in dezelfde leeftijdscategorie te hebben, die bovendien alle drie (min of meer) tegelijk waren begonnen met zwemles. Nog maanden lessen voor de boeg, die we in dezelfde zwembadkantine zouden doorbrengen.
Eigenlijk wilde ik er eens goed voor gaan zitten om van een afstandje heerlijk te genieten van deze toegift, maar de realiteit heeft mij ingehaald. Met Jut heb ik inmiddels een uitgebreid gesprek gehad over onze kinderen (uiteraard), een opleiding die zij doet en wat ik zoal uitspook in de politiek en kerk. Voor Jul heb ik een keer op haar tas en peuterzoon gelet. Hoog tijd om ook haar eens beter te leren kennen.
Het afluisteren is voorbij, maar eigenlijk is dit nog veel leuker. Het lichtpuntje is een lichtpunt geworden. Op deze manier wordt zwemles bijna leuk. Jut en Jul, hartelijk bedankt!
Beeld: Unsplash