Bos in de winter saai? Nee hoor!

1. Ontmoetingen met dieren

“Ik ben boswachter in de Biesbosch. Door de harde westenwind staat water in kreken en rivieren in de winter hier veel hoger. Soms verdwijnen er zelfs wandelpaadjes door. Veel dieren gaan op de vlucht voor het water en zoeken dan een andere plek. Maar de kans op ontmoetingen met die dieren is in het bos in de winter wel groter. Het kan maar zo dat je een haas, ree, mol of zelfs een bever voorbij ziet komen. Normaal gesproken leven ze helemaal verborgen. Als je ‘s ochtends vroeg of ’s avonds gaat, heb je het meeste kans om ze te spotten. Op een doordeweekse dag is ook handig, dan is het veel rustiger in de natuur.” 

2. Nesten

“Je hebt in de winter meer kans om roofvogelnesten te spotten. Dat komt omdat de bomen kaal zijn in het bos in de winter. Normaal zie je die nesten helemaal niet. Als je in het voorjaar weer terugkomt, kun je op afstand gaan kijken bij zo’n nest. Wie weet zie je wel jonge vogels! Als je echt geluk hebt, zie je ook nu al een broedende vogel. Uilen beginnen bijvoorbeeld in januari al met broeden.”

3. Sporen in het bos in de winter

“In de winter zijn sporen van hoefdieren veel beter zichtbaar. Dat komt omdat de grond vochtiger is. Lukt het jou om de pootafdrukken te ontmaskeren?”

4. Prachtige close-ups

“Macrofotografie kun je ook prima in het bos in de winter doen. Voor varens, mossen en ook paddenstoelen zijn de omstandigheden in de winter erg goed. Paddenstoelen zijn er namelijk niet alleen in de herfst. Als het vochtig genoeg is, kunnen deze schimmels goed groeien.”

5. Groepen vogels

“In de winter zitten vogels vaak bij elkaar. Dan zoeken ze samen naar voedsel. Een koolmees zit in de winter soms in een groep met dertig à veertig soortgenoten. Je kunt dus best een stuk rustig wandelen, tot een paar kilometer later opeens een groep vogels opduikt. En door het weinige blad aan de bomen zie je de vogels ook beter. Je hebt het meeste kans om groepen vogelste zien in open gebieden met water, denk aan de uiterwaarden of de delta’s. Hier zie je bijvoorbeeld veel ganzen en eenden die uit Scandinavië en Oost-Europa zijn gekomen. De insectenetende vogels zie je alleen niet, die zijn vertrokken naar Afrika.”

6. Lekkere pannenkoekenhuizen

“Vaak zitten pannenkoekenhuizen dicht bij het bos. Heerlijk om daar je belevenissen te bespreken. Ook met kleine kinderen is dit natuurlijk echt genieten. Natuur is hartstikke leuk, maar je moet er wel wat te eten en te drinken bij hebben!”

Thomas is boswachter bij Staatsbosbeheer. Hier vind je informatie over natuurgebieden bij jou in de buurt.

Wist je dat het gezonder is om in de natuur te wandelen dan in de stad? Hier lees je waarom!