Ga naar submenu Ga naar zoekveld

ASN Bank-directeur Arie Koornneef: ‘Ik zie altijd weer lichtpuntjes’

“Hier werken voelt elke dag weer alsof ik thuiskom.”

Bankier worden? Als twintiger moest hij er niet aan dénken. Maar toen Arie Koornneef op 48-jarige leeftijd directeur werd bij de ASN Bank, kwam zijn droom uit.

Deel:

“Ik ga nooit bij een bank werken,” zei de 21-jarige Arie tegen zijn ouders na een stage bij de AMRO-bank in Londen. Nu, dertig jaar later, glimlacht hij bij de herinnering aan die periode: “Elke ochtend stonden die Britse bankiers – keurig netjes in blauw maatpak gestoken – op de metro te wachten, precíés waar het deurtje open zou gaan. Die zakelijke hokjescultuur paste me niet. Ik voelde me te veel ingeperkt. Natuurlijk liet ik me niet zomaar uit het veld slaan en heb ik ervoor gezorgd dat ik drie heel leuke maanden had. Zo ontdekte ik dat die traditionele bankiers ook hartstikke vriendelijke mensen waren. Maar uiteindelijk bleef de vraag of ik in zo’n cultuur kon gedijen. Voor mij was dit te veel maatpak.”

‘Spaarzaam volkje’

Het kan verkeren. De inmiddels 52-jarige Arie Koornneef – gekleed in casual overhemd en colbertje – werkt sinds 2017 met veel plezier als directeur voor de ASN Bank. “Wie had ooit gedacht dat ik tóch bankier wilde worden?” schetst hij halverwege het gesprek zijn eigen verbazing. “Duurzaam bankier om precies te zijn.”

Hoe bloeide zijn liefde voor de bankwereld na twee banen in de non-profitsector toch nog op? Waartoe zou hij de Nederlanders als ‘spaarzaam volkje’ willen uitdagen? En hoe gaat hij eigenlijk zélf met zijn geld om? Allerlei onderwerpen rondom geld passeren op een druilerige woensdagochtend de revue in een eenvoudig én duurzaam vergaderzaaltje van het ASN Bankgebouw in Den Haag.

Arie Koornneef
Credits: Jacqueline de Haas.

Terwijl Arie ontspannen achteroverleunt in zijn zwart gestoffeerde stoel, wijst hij naar de buitenmuur van de vergaderkamer: “Hier bij het raamkozijn zie je hoe dik de muren zijn: de hele gevel is naar buiten gezet en extra geïsoleerd. Je ziet het niet direct, maar het hele gebouw is onder handen genomen en kreeg daarmee een opwaardering van energielabel G naar triple A.” Hij klopt op de witte vergadertafel: “Allemaal tweedehands. En de vloerbedekkingen zijn van gerecycled plastic.”

Verroeste glijbaan

Op zijn Londense stage na, wees niets aan het begin van Aries loopbaan erop dat hij via de SNS Bank en Volksbank uiteindelijk als directeur bij de ASN Bank zou belanden. Na zijn studie aan de heao en een jaartje dienstplicht ging Arie als fondsenwerver aan de slag bij Youth for Christ. “Het Flevo Totaal Festival – zoals dat toen heette – was een van de jaarlijkse hoogtepunten,” blikt Arie terug. “Ik organiseerde onder andere de collecte tijdens de zondagsdienst.” Grinnikend: “Op een bepaald moment introduceerden we de machtigingskaartjes, wat voor de opbrengst véle malen beter was dan de emmertjes die alleen voor kleingeld rondgingen.”

Tot op de dag van vandaag vraag ik me af wat er van hem geworden is

Na een paar jaar verruilt Arie zijn baan bij Youth for Christ voor Simavi, een hulporganisatie die zich inzet voor de gezondheidszorg in Afrika en Azië. “Als ouderwetse tropenartsorganisatie had Simavi me gevraagd of ik de organisatie naar het nu kon transformeren,” legt hij uit. Een taak die hij als leidinggevende van de afdeling fondsenwerving en communicatie graag op zich nam. “Ik had een soort gretigheid om meer van de wereld te zien. En dat bleek soms best heftig. Als ik projecten bezocht, zag ik mensonterende situaties van heel dichtbij. Moeders die aan aids leden, de kinderen die er verloren omheen drentelden… Ik vergeet nooit meer dat een jochie in een veel te grote witte trui mijn hand beetpakte in een kindertehuis in Nairobi. Gedurende het uur dat ik daar rondliep, liet hij me niet meer los. Tot op de dag van vandaag vraag ik me af wat er van hem geworden is.” Glimlachend: “Tegelijkertijd heb ik óók gezien hoe je met kleine dingen grote impact kunt hebben. Zo ging ik een keer langs bij een opvangcentrum midden in een sloppenwijk in Accra, de hoofdstad van Ghana. Te midden van de modder zag ik opeens een grasveldje met een verroeste glijbaan, waarop kinderen speelden. Zoiets simpels maakt het verschil. Dat heb ik aan den lijve ervaren bij Simavi, en het heeft me gevormd.”

Geen stropdas

Toch begint het na zeven jaar werken in de non-profitsector te kriebelen bij Arie. Hij vertelt: “Blijf ik dit de rest van mijn leven doen?, vroeg ik me af. Of zou ik in de zakelijke wereld vakgebieden of uitdagingen tegenkomen die hier nog niet op mijn pad kwamen? Ik wist het niet. Maar de vraag intrigeerde me enorm. Mijn vrouw Linda en ik hebben er goed over gesproken, want we beseften goed dat ik in een andere sector – welke dat ook mocht zijn – helemaal opnieuw moest beginnen. Veel mensen verklaarden me voor gek, maar Linda zei: ‘Ga het maar proberen, we komen er wel uit.’ Ik had contact met een werving-en-selectiebureau en zo kwam ik toevalligerwijs op gesprek bij SNS.”

Een bank dus… Je haakte niet meteen af?
“Ik had van tevoren besloten: ik zet alle luiken open, wáár ik ook word uitgenodigd. En bij binnenkomst werd direct mijn beeld van het bankwezen op de kop gezet. Want het eerste wat me opviel? Mijn toekomstig leidinggevende Herke, met wie ik het sollicitatiegesprek had, had geen stropdas om. Iets wat tijdens mijn bankiersstage in Londen ondenkbaar was. We hadden een ontzettend leuk gesprek. De menskant, die in de ngo-sector zo belangrijk is, trof ik bij hem ook aan. En dat trok me over de streep.”

Voelde je je meteen thuis?
Lachend: “Ik voelde me de eerste drie maanden diepongelukkig. Na een baan met veel vrijheid, zat ik nu opeens dagelijks achter de computer te SQL’en: platte computertaal programmeren om de juiste klanten voor de juiste diensten te selecteren.”

Voor mij was dit te veel maatpak

Nooit gedacht: ik keer terug naar mijn oude bekende wereldje?
Resoluut: “Nee. En dan te bedenken dat het ook privé een hectische tijd was: we waren in verwachting van Emma, onze tweede, én we hadden een oud klushuis in Amerongen gekocht. Na een werkdag reed ik vanuit Den Bosch vaak eerst naar Amerongen om te schilderen of schuren en kwam ik ’s avonds laat pas thuis in Castricum. Af en toe kijken mijn vrouw Linda en ik elkaar aan en vragen we ons af: hoe hebben we dát volgehouden?”

Westlandse mentaliteit

“Misschien,” zegt hij, “heeft het ook met mijn opvoeding te maken: mijn ouders komen beiden uit het Westland. Hun Westlandse mentaliteit van ‘niet alleen denken, maar ook doen’ zit er ook bij mij in.”

Elke dag zie ik weer voorbeelden dat het anders kán

Toen Arie na verschillende leidinggevende functies bij SNS en de Volksbank bijna vijf jaar geleden directeur werd bij de ASN Bank, kwam een droom uit. “Mijn eerste en tweede liefde – voor de non-profitwereld en het bankwezen – treffen hier elkaar,” vertelt hij met een twinkeling in zijn ogen. “Eerst dacht ik er als fondsenwerver over na hoe we met het geld van onze donateurs goede dingen konden doen voor jongeren en later voor mensen in Azië en Afrika. De kernvraag hier bij ASN is niet veel anders: hoe kunnen we goede dingen doen met het geld van onze klánten? Kijk, we blijven natuurlijk een bank met een balans. Alleen bekijken we onze investeringen altijd vanuit duurzaamheidsperspectief. Dus bij hypotheken stellen we onszelf de vraag: hoe kunnen we de mensen die daar wonen, helpen om hun huis te verduurzamen? Obligaties verstrekken we uitsluitend aan landen die de mensenrechten respecteren. En recent deden we onderzoek naar de leveranciers van zonnepanelen, toen bleek dat die panelen mogelijk door Oeigoerse dwangarbeiders gemaakt werden.”

Welke idealen van deze bank liggen je na aan het hart?
“Als bank willen we een positieve impact hebben op drie belangrijke thema’s: mensenrechten, biodiversiteit en klimaat. Uiteindelijk zijn ze onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar de sociale kant van deze pijlers raakt me het meest. Neem klimaatverandering: die heeft niet alleen effect op de natuur, maar ook op ménsen. Maar zelfs bij het verduurzamen van je huis zie ik die sociale component terug. Voor een aantal mensen in Nederland is het ‘makkelijk’ om zonnepanelen op het dak te leggen, maar dat geldt niet voor iedereen. Hoe maken we de energietransitie voor elke Nederlander toegankelijk, zodat iedereen kan meedoen? Over die vraag breken we ons hier graag het hoofd.”

Verlies je met zulke hoge idealen nooit de moed?
“Nee! Werken bij ASN voelt iedere keer weer alsof ik thuiskom. Ik ben niet cynisch van nature, en deze organisatie is dat ook niet. Mijn collega’s werken hier met precies dezelfde mentaliteit die mijn ouders me meegaven. We laten ons niet uit het veld slaan, maar laten zien dat het anders kan. Misschien ben ik te optimistisch voor deze wereld, maar ik zie altijd weer lichtpuntjes.”

Arie Koornneef
Credits: Jacqueline de Haas.

‘Betrokken, bevlogen, enthousiaste gasten’

Hij wijst naar de posters aan de muur: “Daar hangt een aantal lichtpuntjes. We geven duurzame ondernemingen graag een zetje met de jaarlijkse ASN Bank Wereldprijs. Wij ontmoeten zo veel betrokken, bevlogen, enthousiaste gasten. Dan kún je toch niet de moed verliezen? Ken je Seepje, het natuurlijke wasmiddel? Die deed in 2014 mee. De mannen achter Seepje wonnen overigens niet – het duurzame tampon- en maandverbandmerk Yoni ging er met de eerste prijs vandoor – en daar balen ze nog steeds van. Inmiddels liggen beide merken in allerlei schappen en proberen ze een industrie van binnenuit te veranderen. En met succes. Ik word zó gelukkig van deze ondernemers, elke dag zie ik weer voorbeelden dat het anders kán.”

Hoe vind je dat Nederlanders met hun geld omgaan?
“De spaartegoeden in Nederland nemen toe: we zijn een spaarzaam volkje. Of ik dat positief vind? Een buffer is heel slim, absoluut. Maar de verdeling is niet gelijk: kennen we überhaupt mensen die de eindjes niet of nauwelijks aan elkaar kunnen knopen? Hebben we daar als ‘rijke mensen’ zicht op? Daar maak ik me soms zorgen over. Een grote groep in Nederland heeft meer aandacht nodig en als bank hebben we daar een sociaal-maatschappelijke rol te vervullen. Zo geven de bankmerken van ons moederbedrijf de Volksbank cursussen over veilig bankieren, om daar bijvoorbeeld de kloof in digitalisering te dichten.”

Pioniersplekken

Ook buiten de bank zet Arie zijn bestuurservaring graag in: tot 2019 was hij voorzitter van de kerkenraad van de Protestantse Gemeente Amerongen. En het verschil tussen het bankwezen en de kerk is volgens hem niet eens zo groot. “‘Wat we nu doen, moet ook goed zijn voor de volgende generaties,’ zeggen we hier. Die uitspraak kun je zo op de kerk plakken. Investeer als kerk in vernieuwing, want dat is essentieel voor de toekomst van je gemeente.”

Waar denk je aan bij vernieuwing?
“De pioniersplekken van de PKN vind ik daar een heel mooi voorbeeld van. Op basis van wat er lokaal speelt, kijkt een groep mensen hoe ze daar al pionierend een kerk kunnen vormen. Misschien begint dat wel als een huisgemeente. Maar ook gevestigde kerken staan voor een uitdaging nu corona langer aanhoudt. Zijn er ook andere vormen mogelijk? Kun je bijvoorbeeld in kleine groepjes samenkomen? Of ga je via een app met de dominee in gesprek tijdens de kerkdienst? We hebben het er nu nog maar een minuut over: als je even brainstormt, kun je allerlei manieren verzinnen om het geloof te vieren. Ik gun de kerk het lef om te innoveren en te experimenteren. En blijf dan niet te lang praten, maar probeer eens wat dingen.”

De vloerbedekkingen zijn van gerecycled plastic

Denk je over de toekomst van de kerk net zo optimistisch als over duurzaamheid?
Arie zoekt even naar de juiste woorden: “Hoe je je geloof tot uiting brengt, is iets heel persoonlijks. Je hebt te maken met emoties en gevoelens, het komt zo dichtbij – veel dichterbij dan duurzaam bankieren – hoe kun je dan generiek beslissen wat goed is voor de gemeente?” Na een korte stilte vervolgt hij: “Als voorzitter van de kerkenraad maakte ik deel uit van een mooi verenigingsproces tussen de Hervormde Gemeente en Gereformeerde Kerk in Amerongen. Daar hebben we een hele tijd over gedaan met elkaar, maar ik voel me nu zo trots op de nieuwe gemeente. Dus het kán, maar het kost wel bloed, zweet, tranen, pittige én mooie geloofsgesprekken. En veel gebed. Alsnog blijft het dan niet maakbaar: dit doe je met God, je moet ook vertrouwen. Gelukkig heb ik dat vertrouwen wel.”

‘Appeltje voor de dorst’

Wie gaat er bij de bankier thuis eigenlijk over de financiën? Arie steekt zijn vinger op: “Ik. Als het gaat om het grotere plaatje, doe ik de boekhouding. En dat doe ik zoals de gemiddelde Nederlander: ik heb geen Excellsheet, maar ik heb een prima overzicht van wat er reilt en zeilt.” Lachend: “Soms krijg ik op de gekste tijden appjes van een van mijn drie dochters – de jongste is 19, de oudste 23: ‘Pap, ik moet nog een weekje overbruggen…’”

Wat leer je hun als het om financiën gaat?
“Sparen natuurlijk! Een appeltje voor de dorst. De een vindt dat moeilijker dan de ander, laat ik het daarbij houden,” zegt hij met een knipoog. Dan, weer serieus: “Geld is maar een middel, geen doel. De allerbelangrijkste les die wij als ouders willen meegeven: ‘Hoe ben ik als mens en hoe kun je worden als mens?’ Het maakt me trots dat ze zelf voor hun geld werken. Want als het om geld gaat, moeten ze als dame vooral zelfstandig zijn, vind ik. Naar die kerels moet je niet luisteren, haha!”

Lees ook: ‘Ik ben de man zónder vingertje,' zegt Andries Knevel na zijn afscheid
Lees ook: ‘Ik ben de man zónder vingertje,' zegt Andries Knevel na zijn afscheid

‘Zo maakt geld gelukkig’, is de slogan van de ASN Bank in reclames. Hoe maakt geld jou gelukkig?
“Niet alleen geld maakt gelukkig. Het leven biedt zoveel meer. Maar goed, als ik geld over heb, vind ik het leuk om het te investeren in het gezin, bijvoorbeeld de studie van mijn dochters. Of in mijn huis en tuin. We wonen in een monumentale woonboerderij en Linda en ik vinden het mooi om die op te knappen. Dat doe ik niet uit beleggingsperspectief, hoor. Dan had ik beter een ander huis kunnen kopen. Zie het als een cultureel erfgoedje dat we proberen te behouden, zodat de volgende generatie er weer gebruik van kan maken. Soms zit ik ’s avonds met een kop koffie aan de keukentafel en kijk ik vol trots om me heen. Slopen, schuren, schilderen: alles wat ik zie, ging door mijn eigen handen. Ja, wat geld doet, dát maakt me gelukkig. Het resultaat vind ik veel belangrijker dan het bezit ervan.”

Beeld: Jacqueline de Haas

Geschreven door

Arianne Ramaker

--:--