Animisme: de grootste godsdienst ter wereld
Grootste en vaagste religie ter wereld verslaat zijn duizenden
Het is de grootste religie ter wereld, maar wordt vreemd genoeg niet vermeld in de statistieken: animisme. Deze religie is meer dan een primitief vooroudergeloof en vindt ook ingang in Nederland. Martien Timmer verdiepte zich in de materie en schrok. “Het is goed om na te gaan in hoeverre wij een onzichtbare animistische jas aanhebben.”
Wie nog steeds denkt dat animisme alleen te maken heeft met een primitief vooroudergeloof dat alleen in de contreien van Afrika voorkomt, komt bedrogen uit. Animisme komt in alle kringen en bevolkingsgroepen voor, van Afrika tot Amerika en van China tot Holland. Volgens Van Dale is animisme de ‘leer volgens welke de ziel de oorzaak is van alle levensfuncties’ en een ‘levensbeschouwing die aan alle dingen een “ziel” toekent’. Populair gezegd: Aanhangers van het animisme geloven – bewust of onbewust – dat dingen, bomen, planten en plaatsen een ziel hebben. Animisme heeft ten diepste te maken met wat wij vroeger bijgeloof noemden, voorwerpen waar krachten inzitten, occulte beeldjes, vooroudergeloof, het volgen van goede en kwade geesten, horoscopen, vrijdag de 13e, ongeluk als je een zwarte kat tegenkomt of niet onder een ladder durven lopen. En dat komt overal ter wereld voor. Natuurlijk, in Afrika, waar men druk in de weer is met toverdokters en amuletten die een mens zouden beschermen. Maar ook in Nederland, waar wicca een duidelijke ingang vindt. Wicca is een natuurreligie, maar geen religie in de traditionele zin van het woord. Het is een manier van leven. De wicca zoals we hem tegenwoordig kennen, is een traditie binnen de moderne hekserij. Als religie heeft het als doel de mens (de individu) en de mensen in het algemeen in harmonie te brengen met de krachten van de kosmos, in harmonie te brengen met de natuur. Maar er zijn ook andere vormen van animisme in ons land of in het Westen: het vertrouwen dat mensen stellen op horoscopen of in al die landen waar veel grote hotels of andere bedrijven of instellingen geen 13e etage hebben, omdat alle dingen op die etage gedoemd zijn te mislukken.
Dit alles heeft – in de brede zin van het woord – te maken met animisme. Een religie die in de statistieken niet voorkomt, maar toch ‘s werelds grootste religie is. Martien Timmer is directeur van stichting 3XM, een stichting die een aantal organisaties ondersteunt bij het maken van tv-programma’s, om het Evangelie via de tv te verkondigen. Door zijn contacten met die organisaties in het buitenland, is hij ook vaak met verschillende vormen van animisme in aanraking gekomen. Zo was hij een keer in Swaziland waar hij een souvenir wilde meenemen voor thuis. Hij koos een masker uit. “Ik vroeg aan de verkoopster: ‘Ben je met dit masker naar een toverdokter geweest?’ ‘Nee,’ giechelde het meisje. Ik voelde me een beetje ongemakkelijk, maar ik dacht: vooruit, het zal geen kwaad kunnen.” Thuisgekomen kreeg het Afrikaanse masker een mooi plekje boven de openhaard, vlak bij andere, ook Nederlandse, souvenirs, waaronder stenen beeldjes uit Swaziland in de vorm van diertjes. “Op een of andere manier kwam er meer onrust in ons gezin toen ik het masker had opgehangen,” vertelt Timmer. “Daarnaast hebben mijn vrouw en ik in die tijd los van elkaar een ernstig auto-ongeluk gehad waarbij de auto total loss was. En er gebeurden op een gegeven moment meer vreemde dingen. De stenen beeldjes gingen zweven en vielen kapot op de grond.” Timmer besloot om wijsheid te bidden, want hij vond het heel vreemd. “Terwijl ik aan het bidden was, groeide de overtuiging dat ik van het masker afmoest en ik kreeg zelfs door hoe het moest: ik moest het masker kapotzagen, zodat het helemaal vernietigd zou worden en daarna in de prullenbak gooien. Toen ik dat had gedaan, keerde de rust weer.”
Blank!
Toen Timmer hierover met Afrikaanse christenen praatte, waren ze met stomheid geslagen. Natuurlijk, ze kenden vanuit hun land het verschijnsel, maar wisten niet dat dit ook bij blanken kon gebeuren. Het masker was volgens hen ‘behandeld’ door Afrikaanse toverdokters en ‘het kwaad’ kan zich op een of andere manier hechten aan hout en andere voorwerpen en kan zich ook uiten in ziekte van gezinsleden.
Ook in een Europees land als Bulgarije komt animisme voor. Timmer: “Daar bestaat het verschijnsel ‘Grandma’s Faith’, een soort bijgeloof, dat door de oudere generatie wordt overgebracht op jongere generaties. Als je volgens deze ‘leer’ een goed leven wil leiden, mag je je op bepaalde dagen niet wassen, of moet je op bepaalde dagen bepaalde kleding dragen. Er waren ook christelijke nationale tv-programma’s waarbij heksen de kans kregen om hun magie op de tv te vertonen. Ook in andere Europese landen komt animisme voor, zoals in Turkije, waar ‘het boze oog’ een realiteit is. Het boze oog is een geestelijke macht die het heeft gemunt op menselijk geluk. In veel landen is het een belangrijke uiting van de volksislam of animisme. Deze macht is niet te beheersen, men kan zich er alleen maar tegen beschermen door middel van nazar bonzuk, een magische, vaak blauwe steen als afweermiddel. Timmer: “Dus als je op vakantie bent in Turkije, koop dat niet.”
Ongrijpbaar
De voorbeelden die zo-even genoemd zijn, zijn voorbeelden van animisme. “Deze religie is erg ongrijpbaar, omdat het vele verschijningsvormen kent,” zegt Timmer. “Daarom wordt het vaak ook niet meegerekend als religie.” De vroegere president van de Ivoorkust, Felix Houphet-Boigny, vertelde dat er in zijn land 30 procent moslims woonden, 40 procent christenen, maar dat honderd procent van zijn bevolking het animisme aanhing.”
Volgens Timmer zijn er ook christenen die zich inlaten met animisme, vaak zonder dat ze het door hebben. “Als je bijvoorbeeld kijkt naar bepaalde begrafenisrituelen, zie je dat mensen soms drie keer rond de kerk gedragen worden, terwijl daar feitelijk geen reden voor is. Vroeger geloofde men dat het ritueel hielp voor het hiernamaals, ik geloof niet dat daar tegenwoordig nog in geloofd wordt. Daarom is ook mijn vraag: moeten we dit soort rituelen wel in stand houden?” Een ander voorbeeld van animisme ligt in het feit dat ongeveer tachtig procent van de professionele sporters een ritueel uitvoert dat geluk zou brengen. Maar ook de bloei van alternatieve geneeswijzen zoals reiki, yoga of acupunctuur, “die je moderne toverdokters zou kunnen noemen”. Gevaarlijk, vindt Timmer. “Je kunt door dat soort praktijken toch een occulte beladenheid over je heen krijgen die geestelijk ongezond is.”
Gevaarlijk
Timmer vindt het animisme een zeer gevaarlijke religie, omdat het zo onzichtbaar en dus zo ongrijpbaar is: “Je kunt de ‘jas’ aanhebben van een christen of moslim, maar onder die jas, kan een onzichtbare jas van het animisme zitten, omdat je toch vasthoudt aan bepaalde gewoonten waarin je je geluk zoekt, of een bepaald geloof.” Daarom ervaart hij het als een voordeel dat hij meerdere malen in aanraking is geweest met andere culturen en met christenen die het geloof anders beleven, waardoor je even uit je eigen christelijke cultuur kunt stappen. Daardoor kun je opnieuw weer fris naar je eigen cultuur of gewoonten kijken. Het is volgens hem goed om als Nederlandse christenen af en toe even uit onze eigen christelijke cultuur te stappen, figuurlijk gezien, en ons af te vragen in hoeverre wij die onzichtbare animistische jas aanhebben. “God wil dat we Hem dienen en geen offers brengen aan vreemde goden. Materialisme kan ook een god zijn, tijd ook. In hoeverre brengen wij geen offers aan de ‘afgod’ tijd. Met andere woorden: in hoeverre nemen wij tijd voor reflectie om ons af te vragen wie we nu eigenlijk dienen en of we ons echt helemaal afhankelijk willen opstellen van de Here God. Ik besef dat we in een geestelijke strijd leven en ik ben niet bang voor deze machten, want ik dien een machtige Koning, Die alles in Zijn hand heeft. Ik wil mezelf en anderen uitdagen om te leven zoals de Here Jezus dat deed: Hij beoordeelde en behandelde iedere situatie op z’n eigen merites en deed geen enkel ding uit bijgeloof. Hij vertrouwde Zijn hemelse Vader. Alleen met dat vertrouwen kunnen we leven in een wereld die vol is van animisme en bijgeloof.”
Geschreven door
Gert-Jan Schaap