‘Recht doen is niet pas iets voor het hiernamaals’
10 november 2022 · 13:51
Update: 12 november 2022 · 15:31
Aleid Groothoff is niet van ‘Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw’. Vroom en radicaal, zo omschrijft ze zichzelf. De Houtense houdt niet van verspilling, wil graag recht doen en kan niet stilzitten. Na zestien jaar in de gemeentepolitiek voor GroenLinks, richtte Aleid in 2015 het Doorgeefluik op om nieuwkomers en later ook minima te voorzien van huisraad en kleding. “Ik heb veel mazzel, terwijl anderen pech hebben.”
Aleid (71) rijdt net het plein op met de Doorgeefluikbakfiets bij het Wereldhuis in Houten. In dit oude schoolgebouw heeft het Doorgeefluik voor een deel van het werk gratis onderdak. Trots toont Aleid de elektrische bakfiets waarmee ze door Houten crost. “Mét trapondersteuning. Dat is wel nodig hoor, met al die spullen.”
Daarna dirigeert ze haar bezoek naar binnen. “Kom, dan drinken we eerst koffie.” Aleid trapt hier de dag af met alle vrijwilligers. Straks om tien uur gaan de kledingwinkel en de fietsenwerkplaats open. Dan stapt Aleid op de pedalen voor een vrachtje en gaan de sjouwers op pad om huisraad op te halen en weg te brengen per auto. In de grote opslag worden spullen door weer andere vrijwilligers gesorteerd en gerepareerd.
Een gezellige boel
Binnen in het Wereldhuis, opgericht om eenzaamheid tegen te gaan in Houten, staat een koffietafel in een smalle ruimte. Salam heet ons welkom en schenkt koffie. De vriendelijke Irakees is al 28 jaar in Nederland en kent Aleid al net zo lang. “Ik heb hem geholpen om zijn huis in te richten en om zijn vrouw naar Nederland te krijgen”, vertelt Aleid enthousiast. “Ik had de kringloop in Houten opgericht en daar kwam Salam werken.” Salam: “Aleid hielp me ook met brieven schrijven.” Hij werkte jarenlang bij KPN, maar werd afgekeurd door de ziekte van Bechterev. Nu helpt hij bij het Doorgeefluik. Salam repareert spullen, vervangt lampen en werkt soms mee in de fietsenwerkplaats. “Elke maandag en dinsdag, en als Aleid vertaling nodig heeft ook weleens op vrijdag.”
Wie is Aleid Groothoff?
Ook de andere vrijwilligers druppelen langzaam binnen. De begroetingen zijn hartelijk. Op tafel staan koekjes en bananen. Aleid: “Ik kan natuurlijk niemand betalen, dus we betalen elkaar in natura.” De leeftijd van de vrijwilligers ligt grosso modo tussen de 65 en 82 jaar. De meesten zijn dus gepensioneerd. Aleid: “We moeten wel verjongen, dus kijken we echt wel uit naar nieuwe mensen. Maar ik snap ook dat mensen met een baan hier geen tijd voor hebben.”
Als vrijwilliger Jetske ondanks een blessure toch binnenloopt, klinkt er gejuich. Hoe zij bij het Doorgeefluik is beland? “Ik stond bij een winkelcentrum affiches te plakken voor GroenLinks toen ik Aleid tegenkwam. Ik vroeg of ik eens kon komen kijken.” Nu omschrijft ze de vrijwilligersclub als “familie. Kijk naar hoe ik net binnenkwam, waar word je zo welkom geheten?” Jetske zit inmiddels in het kernteam van het Doorgeefluik, samen met Aleid en Sara. Die laatste kent Aleid al 47 jaar, uit de kerk. Sara: “De eerste keer dat ik Aleid ontmoette, had ze een lilaroze mantelpakje aan met een wijde rok.” Samen schateren ze het uit bij dat beeld.
‘Kop houden’
Als laatste komen de jongste leden van de sjouwploeg aan: twee Syrische twintigers, Ayman en Mohammed. Straks gaan ze op pad met de gepensioneerde Ab. Aleid slaat liefdevol een arm om Ayman en introduceert de jongens enthousiast. “Moet je horen hoe goed ze al Nederlands praten.” Sara: “Dan moet jij even stil zijn.” Aleid lacht: “Ik moet mijn kop houden. Maar echt, ze wonen nog maar net in Houten. In het azc hebben ze Nederlands geleerd via Google translate.” Een beetje verlegen, maar met een lach, verduidelijkt Ayman: “Nee, nee, via een YouTubekanaal.” Aleid: “Nou ja, geweldig toch.” De jongens glunderen bij alle positieve aandacht. Ayman heeft een opschrijfboekje bij zich en vraagt regelmatig om uitleg bij de woorden die hij oppikt in het gesprek. Ayman: “Wij helpen mensen door te sjouwen en zij helpen ons ook. Aleid is als een oma.”
We kopen zo ontzettend veel in Nederland
Voor Aleid is het vanzelfsprekend dat ze het Doorgeefluik begon: “Ik ben een zorgend mens. Dat is mijn van God gegeven talent. In 2015 kwamen er zestig asielzoekers in Houten. Ik zag de lege huizen die ze moesten inrichten en de overvloed van Houten. We kopen zo ontzettend veel in Nederland! Nu krijg ik spullen van rijke Houtenaren. Zo voelen ze zich minder schuldig als ze hun goede bankstel wegdoen. In het begin hadden we alleen een garage en ik had wat spullen op zolder staan. Daarna zijn we maar blijven groeien. Op deze manier dragen we ook bij aan de herverdeling van rijkdom.”
Te veel kleding
Het is tien uur en de ‘kledingwinkel’ is inmiddels open. Alles gaat hier gratis weg. Aleid wijst om zich heen naar de volle rekken. “We krijgen echt ontzettend veel kleding. Soms hebben we zelfs te veel. Dan gaat het naar goede doelen. Oekraïners in Houten hadden ons onlangs gevraagd om warme spullen. Toen is er een lading winterspullen naar Oekraïne gestuurd: voor de bevolking, en voor de soldaten. Handschoenen, sokken, truien, warme jassen, van alles. Verder komen mensen hier via allerlei organisaties: Vluchtelingenwerk, de Voedselbank, diaconieën, Timon, tienermoederhulp en verslavingszorg.”
Schaapherder werd fietsenmaker
In de fietsenwerkplaats naast de kleding is fietsenmaker Mahbub druk bezig met een fiets. Aleid: “We hebben al heel snel een fietsenwerkplaats opgericht, want in Houten moet iedereen fietsen. Dus ook de nieuwkomers. Fietsen is veel makkelijker, het kost niets, en je blijft fit. Wij vragen om goede fietsen en maken ook van meerdere fietsen een goede. Die fietsen geven we niet gratis weg, omdat mensen ook moeten leren dat het niet gratis is om ze te repareren. Onze fietsenwerkplaats is opgericht door een Afghaan, Yussif. In Afghanistan was hij schaapherder. Later werkte hij voor de Amerikanen en moest hij vluchten. Die jongen had een droom, en heeft als een speer Nederlands geleerd. Inmiddels is hij uitgestroomd naar een gewone fietsenwinkel in Houten. Nu hebben we weer een Afghaanse fietsenmaker: Mahbub. Doordat hij bij ons werkt, is zijn Nederlands al veel beter geworden.”
Mooi fauteuiltje
Inmiddels heeft Robert zich gemeld voor zijn afspraak. Vorige week heeft hij woonruimte gekregen in Houten. Aleid: “Hij had helemaal niets. Dus ik heb gezorgd dat hij dezelfde dag nog een bed kreeg, zodat hij niet terug hoefde naar het azc in Dronten. Een simpel opklapbed.” Serieus ondervraagt Aleid Robert of het bed wel goed genoeg is. “Hoe heb je geslapen? Moet je niet een gewoon bed hebben? Ik heb er hier een staan.” Maar Robert vindt dat helemaal niet nodig. De hartelijke Oegandees heeft ‘heerlijk’ geslapen. Misschien wil hij nu liever een bank en een kast. Hij kijkt overweldigd rond in de ruimte die vol staat met banken, bedden, kasten, tafels en stoelen. Al snel heeft Aleid voor hem een mooi fauteuiltje. Ze plakt er een sticker op met zijn naam. Robert stralend: “Het is echt mooi!” Natuurlijk moet hij ook een fiets als nieuwe Houtenaar. Die staat al voor hem klaar, een Gazelle voor 40 euro, maar eerst moet er een testrit worden gemaakt. Robert rijdt twee meter, maar Aleid commandeert: “Nee, verder fietsen. Rijd eens een rondje. Doen de remmen het? Zit je goed?” Om vervolgens Henk te charteren om het zadel omhoog te doen.
God houdt ook van de schepping
Domineesgezin
Terwijl het Doorgeefluik alleen op maandag en dinsdag open is, is Aleid er eigenlijk alle dagen van de week mee bezig. “Vooral met de planning, mensen bellen ook op de andere dagen. Zaterdag bijvoorbeeld had er nog iemand een bed nodig.” Ab: “Aleid is volgens mij dag en nacht met het Doorgeefluik bezig. Alleen op zondagochtend niet. Dan zit ze in de kerk.”
Waar ze die drive vandaan haalt? Aleid: “Anderen hebben zo veel pech, terwijl ik zo veel mazzel heb gehad in mijn leven: een goede opvoeding en goede jeugd. Ik heb alle mogelijkheden van de wereld gehad. Ik heb mogen studeren en mezelf mogen uitvinden. Mijn vader was dominee, een rechtlijnige ARP’er. Hij was ook altijd bezig met arme mensen. Als jongste van negen ben ik opgegroeid in een sober domineesgezin. Ik ben blijven geloven en ik wil volgeling van Jezus zijn. Dat probeer ik in ieder geval. Recht en gerechtigheid doen, zoals in Micha 6 vers 8. Dat is niet pas iets voor in het hiernamaals. Dat moeten we nu al doen. Zoals de profeten zeggen: we hebben niks aan die offerdiensten. Nee, er moet gezorgd worden voor weduwen en wezen.”
Die drive heeft ze niet alleen voor mensen, maar ook voor de aarde. “God houdt niet alleen van mensen, maar ook van de schepping. Daarom steun ik organisaties als Extinction Rebellion en Grootouders voor het klimaat. Soms moet je verstorende dingen doen.”
Zinvol taakje
Aleid heeft deze middag nog één afspraak staan voor ze naar huis gaat. Ziet ze zichzelf dit werk nog jaren doen? “Je hebt toch wel door dat ik allemaal leuke mensen om me heen heb? Ik geniet van de nieuwe mensen en ik heb hartstikke schik. Gelukkig helpt mijn man mij ook om een beetje maat te houden. Trouwens, heb je die documentaire gezien over mensen over de hele wereld die heel oud worden? Blue Zones? Die blijven de berg op gaan en werken. En ze leven in een gemeenschap. Als je een zinvol taakje hebt en niet in een verpleeghuis wordt weggedouwd, dan willen mensen blijven leven. Dit werk houdt me fit, ik heb geen sportschool nodig.”
Beeld: Folkert Koelewijn