'Evangelische kerken zijn getraumatiseerd'
20 februari 2020 · 14:00
Update: 15 november 2024 · 10:18
Ik hobbel al een tijdje mee in de evangelische wereld en in deze column heb ik al vaker gerept over de ‘achterdeur’ van de evangelische beweging. Ik ken veel mensen die ooit evangelisch waren en ondertussen zijn afgehaakt: gedesillusioneerd en soms beschadigd.
Anderzijds ken ik ook mensen die er nog volledig in zitten. Hun vast-en-zeker-geloof intimideert me nogal, en hun geestelijke superpower ontneemt me vaak lucht en ademruimte. Tegelijk bewonder ik hun trouw en geloof. Wat is dat toch met die evangelische wereld?
Nu las ik onlangs een relevante, verontrustende analyse van Matthijs Vlaardingerbroek (te lezen op zijn Facebookpagina). Matthijs is evangelisch christen, kerkplanter en begaafd poppenspeler. Kern van zijn verhaal: evangelische kerken zijn getraumatiseerd. Ze zijn ooit ontstaan als een reactie op de vrijzinnigheid in de traditionele kerken. De vrijzinnigheid zette bij alles vraagtekens. Dat is een traumatische ervaring geweest, waardoor evangelische christenen van de weeromstuit bij alles een uitroepteken gingen zetten. Blakend van geloofszekerheid en radicaliteit reageerden ze op de lauwheid en de nuance van de vrijzinnigheid.
Matthijs analyseert dat evangelische kerken door dit trauma slecht kunnen omgaan met pluriformiteit en vragen zonder gemakkelijk antwoord (want: Jezus is het antwoord! Amèn? Amèn!). Dit belemmert de geestelijke groei: evangelische christenen worden niet volwassen en blijven hangen in een soort tienergeloof dat wel radicaal klinkt, maar zich slecht laat rijmen met de weerbarstigheid en veelkleurigheid van het leven.
Vraagtekens worden overschreeuwd door grotere uitroeptekens. Matthijs betoogt dat je dan nooit leert wat volwassen geloven is. Volwassen ben je als je worstelt met God, en mank gaat. Gelovend voortgaan vanuit zwakte en liefde: wankelmoed is het woord dat hij daarvoor munt.
Een getraumatiseerde kerk maakt slachtoffers en zal mensen blijven verliezen – zoals veel van mijn ooit evangelische vrienden – en belet de blijvers volwassen christenen te worden. Het stuk gaf te denken. Heeft Matthijs gelijk? En als er een collectief trauma is, is dan een collectieve therapie niet op zijn plaats? En wie heeft de wankele moed therapeut te zijn? Ik zeg het maar met kleine vraagtekens. Gemakkelijke antwoorden zijn er even niet. Amèn?